Resultaat op trefwoord : 'ischias'


Aantal resultaten : 4 artikel(s) - 6 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)


Met een zeer laag tot laag niveau van bewijskracht suggereren de auteurs dat discectomie superieur is aan een niet-chirurgische behandeling of epidurale infiltraties met corticosteroïden om pijn en invaliditeit te verminderen bij personen met ischias die voor chirurgie in aanmerking komen. De voordelen ten opzichte van niet-chirurgische behandelingen nemen wel af met de tijd af. Discectomie kan een optie zijn voor personen die een snelle verlichting van beenpijn en een verbetering van hun beperkingen willen bereiken, op voorwaarde dat de voordelen opwegen tegen de risico's en de kosten van de operatie. Deze systematische review die de verschillende vormen van bias en zwakheden van beschikbare gecontroleerde studies belicht, brengt geen overtuigende argumenten aan om af te wijken van de aanbevelingen van het KCE.

Deze enkelblinde gerandomiseerde gecontroleerde studie met een niet-geblindeerde effectmeting van de primaire uitkomstmaat, toont aan dat bij patiënten met lagerugpijn en klinisch aangetoonde ischias sinds gemiddeld 36 dagen, na de eerste consultatie verwijzing bij de huisarts naar de kinesitherapeut voor specifieke oefentherapie gebaseerd op de principes van Mc Kenzie (mechanische diagnose en hierop aangepaste therapie) en manuele therapie na 4 weken en 6 maanden leidt tot een statistisch significante verbetering van pijn en dagelijks functioneren in vergelijking met gebruikelijke zorg. In tegenstelling tot het verschil na 4 weken (secundaire uitkomstmaat) was het verschil na 6 maanden (primaire uitkomstmaat) klinisch niet relevant. Er was geen verschil in levenskwaliteit na 6 maanden en 1 jaar, noch in gebruik van gezondheidszorgvoorzieningen en werkverzuim na 1 jaar follow-up.

Deze uitgebreide systematische review en meta-analyse van goede methodologische kwaliteit toont aan dat SNRI’s bij rugpijn en knieartrose de pijn verlichten en het functioneren verbeteren maar de bewijskracht hiervoor is matig tot laag. Alleen voor de verlichting van pijn bij knieartrose is een klinisch relevant effect niet uitgesloten. Voor zowel SNRI’s als voor TCA’s kan er een klinisch relevant gunstig effect op ischiaspijn aangetoond worden, maar ook hier is de bewijskracht laag tot zeer laag. Het onzekere effect op pijn en functioneren van SNRI’s en TCA’s moet zeker afgewogen worden ten opzichte van de acceptabiliteit, de tolerantie en de veiligheid van deze moleculen.

Deze systematische review van de Cochrane Collaboration met meta-analyses toont een iets hogere werkzaamheid van corticosteroïden op het verminderen van de intensiteit van lumbosacrale radiculaire pijn en op de functionele beperkingen op korte termijn (van 2 weken tot 3 maanden), maar die mogelijk klinisch niet significant is. Er zijn nieuwe gerandomiseerde klinische studies van goede methodologische kwaliteit nodig om de klinische relevantie van corticosteroïden op korte termijn en de effecten ervan op middellange en lange termijn beter te kunnen beoordelen.

Deze studie toont aan dat men één jaar na een heelkundige of conservatieve behandeling voor ischias, met controle-MRI geen onderscheid kan maken tussen patiënten met een gunstige versus een ongunstige klinische evolutie. Een controle-MRI voor persisterende of recidiverende symptomen van ischias na behandeling zal het verdere behandelingsplan dus niet beïnvloeden.

Ischias: de beste behandeling?

Feron J-M.

Minerva 2014 Vol 13 nummer 7 pagina 80 - 81


De resultaten van deze netwerk meta-analyse tonen aan dat discusheelkunde, epidurale injecties, niet-opioïde pijnstilling, intra-operatieve interventies, manipulatie en chemonucleolyse in vergelijking met andere behandelingen een gunstig effect hebben op globale verbetering bij de behandeling van ischias. Voor opioïde pijnstilling, bedrust, oefentherapie, percutane discectomie en tractie is er geen bewijs beschikbaar.

Bij patiënten met ischias die volgens de gangbare normen dikwijls in aanmerking komen voor een heelkundige interventie, is een actieve, conservatieve behandeling effectief zowel op korte termijn (8 weken) als op lange termijn (1 jaar). We weten niet in welke mate de spontane, gunstige evolutie van de aandoening hierin een rol speelde. Het nut van een actieve, conservatieve behandeling moet nog duidelijker vergeleken worden met een heelkundige interventie.

Ischias: effectiviteit van verschillende invasieve en niet-invasieve behandelingsopties

Heytens S. , Poelman T.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 10 pagina 123 - 124


Deze netwerk meta-analyse van een groot aantal heterogene studies toont aan dat niet-opioïde pijnstilling, epidurale injecties met corticosteroïden, discusheelkunde en chemonucleolyse in vergelijking met andere behandelingen effectief zijn op het vlak van globale verbetering bij de behandeling van ischias. Alleen voor heelkunde, de meest onderzochte behandeling, blijven de resultaten statistisch significant na uitsluiting van observationele studies. Wanneer en in welke volgorde heelkunde en andere therapiëen aan bod moeten komen tijdens de behandeling van ischias, blijft echter onduidelijk. Er bestaan geen argumenten voor het gebruik van opioïden.

Ischias: heelkunde versus verlengde conservatieve behandeling

de Geeter K.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 4 pagina 60 - 61


Deze studie besluit dat er bij personen met ischias na één jaar geen verschil bestaat in pijn en functionaliteit tussen chirurgie en conservatieve behandeling. Patiënten met ischias zonder motorische uitval die niet kunnen omgaan met beenpijn, en de periode van pijn willen inkorten of het natuurlijke verloop naar herstel te traag vinden, kunnen kiezen voor chirurgie. Patiënten bij wie de pijn draaglijk is, kunnen afzien van chirurgie zonder de kans op volledig herstel na twaalf maanden te hypothekeren. Gezien beide strategieën na één jaar dezelfde uitkomst hebben blijft heelkunde een optie voor goed geïnformeerde patiënten.

Manipulatie bij acute lagerugpijn en ischias met discusprotrusie

Peers K. , Van Wambeke P.

Minerva 2007 Vol 6 nummer 4 pagina 59 - 61


Deze studie toont aan dat bij patiënten met acute lagerugpijn en ischias met discusprotrusie, vertebrale manipulatie een zinvolle therapie kan zijn ter verlichting van de pijn. Uitgebreid onderzoek met klinisch relevante uitkomsten (levenskwaliteit, fysiek functioneren, werkhervatting) en correcte rapportering van ongewenste effecten is noodzakelijk om de plaats van spinale manipulaties bij acute lagerugpijn en ischias met discusprotrusie te bepalen.