Tijdschrift Minerva volume 24 nummer 2 maart 2025
Aanpak van suïcidaliteit in de eerste lijn.
Pagina 25 - 29
Stas P.
Deze methodologisch correct uitgevoerde stepped wedge clustergerandomiseerde RCT in eerstelijnspraktijken, toont aan dat een interventie gericht op screening en zorg bij suïcidaliteit en middelenmisbruik goed geïmplementeerd kon worden en bovendien leidde tot een daling in suïcidaal gedrag. De interventie zelf was echter niet specifiek gericht op preventie van suïcide en omdat men screende met gestandaardiseerde vragenlijsten zijn mogelijk niet alle personen met suïcidale ideatie geïdentificeerd en geholpen.
Streefwaarde voor systolische bloeddruk verlagen naar 120 mmHg bij patiënten met hypertensie en verhoogd cardiovasculair risico en met of zonder diabetes of beroerte in de voorgeschiedenis?
Pagina 30 - 34
De Cort P.
Deze correct uitgevoerde open-label RCT bij een grote studiepopulatie in China toont aan dat het intensifiëren van de hypertensiebehandeling naar een streefwaarde van <120 mmHg systolische bloeddruk bij personen met hypertensie en verhoogd cardiovasculair risico statistisch significant winst oplevert op vlak van de preventie van een samengesteld eindpunt bestaande uit myocardinfarct, CVA, coronaire of niet-coronaire revascularisatie, cardiovasculaire sterfte, hospitalisatie en spoedeisende zorg voor hartfalen. De daling is echter lager dan verwacht en door een tekort aan power kunnen we geen uitspraken doen over het effect op de afzonderlijke componenten van de primaire uitkomstmaat en evenmin over de incidentie van (ernstige) ongewenste effecten op lange termijn. Verder onderzoek is dus zeker nodig om de voor- en nadelen van een verlaagde streefwaarde nauwkeuriger tegenover elkaar af te wegen.
De effectiviteit van online mindfulness interventies bij veteranen met chronische pijn.
Pagina 35 - 39
Raemdock E.
Deze pragmatische RCT toont aan dat online mindfulnesstrainingen, zowel in groep als individueel begeleid (op eigen tempo), zowel de pijn als de comorbide symptomen (zoals depressie) kunnen reduceren bij veteranen met chronische pijn. De studie heeft een robuuste methodologie. De extrapoleerbaarheid van de resultaten naar andere populaties (vb. veteranen zonder toegang tot internet en GSM) is niet duidelijk. Daarom en ook wegens tegenstrijdige resultaten in de wetenschappelijke literatuur, blijft verder onderzoek naar de effectiviteit van mindfulness op pijn en comorbide symptomen noodzakelijk.
Oefentherapie voor handartrose?
Pagina 40 - 43
Geysen K.
Deze systematische review met meta-analyse van goede methodologische kwaliteit toont met lage zekerheid van bewijs aan dat oefentherapie bij personen met handartrose op korte termijn de pijn matig vermindert en stijfheid, functionaliteit en grijpkracht licht verbetert. Men zag op korte termijn geen verbetering in knijpkracht en kwaliteit van leven. Zowel voor de primaire als de secundaire uitkomsten zag men geen effect op lange termijn, al berust dit resultaat op een meta-analyse van slechts 3 studies. De lage zekerheid van bewijs berust voornamelijk op methodologische tekortkomingen van de geïncludeerde RCT’s, alsook op de inconsistentie van de resultaten. Daarom en ook wegens de belangrijke klinische heterogeniteit tussen de studies zijn de resultaten moeilijk te extrapoleren naar de klinische praktijk. Voor de inclusie van oefentherapie in een revalidatieprogramma zal men dan ook vooral rekening moeten houden met persoonlijke voorkeuren van de persoon en de ervaring van de therapeut.
Diureticum nog steeds eerste keuze bij de opstart van een bloeddrukverlagend geneesmiddel?
Pagina 44 - 48
De Cort P.
Deze Cochrane systematische review en meta-analyse van goede methodologische kwaliteit vergeleek het effect van een laag gedoseerd thiazide(-achtig) diureticum als initiële eerstekeusbehandeling voor hypertensie met andere klassen van antihypertensiva. Er kon geen verschil in globale mortaliteit aangetoond worden. Laag gedoseerde thiazide(-achtige) diuretica gingen wel gepaard met minder cardiovasculaire gebeurtenissen en moesten minder gestopt worden wegens ongewenste effecten. Of deze bevindingen te veralgemenen zijn naar patiënten met comorbiditeit is met deze studie niet duidelijk. De meeste geïncludeerde studies hadden een hoog risico van bias op een of meerdere domeinen, waaronder bias door sponsoring van de farmaceutische industrie.