Tijdschrift voor Evidence-Based Medicine



Themanummer: veneuze trombo-embolie


Minerva 2005 Volume 4 Nummer 3 Pagina 35 - 35

Zorgberoepen




Dit nummer van Minerva belicht een aantal aspecten van het beleid bij patiënten met (een vermoeden van) een diepe veneuze trombose of longembolie aan de hand van recent verschenen wetenschappelijke publicaties: diagnostiek, preventie van recidieven of andere late complicaties.We geven u een overzicht van de onderzoeksvragen en de conclusies.

 

 

Diagnostiek

 
 
Wat is de beste strategie om een diepe veneuze trombose (DVT) of een longembolie aan te tonen of uit te sluiten? Welke D-dimeertest is het meest accuraat?

 

 

De studie van Wells et al. is de eerste gepubliceerde RCT die de waarde en veiligheid van een D-dimeertest onderzoekt bij patiënten die werden geselecteerd op basis van een klinische score voor het risico van een diepe veneuze trombose. In de systematische review van Kruip et al. vergelijkt men verschillende diagnostische strategieën om een longembolie uit te sluiten.

In hoeverre D-dimeren een rol kunnen spelen bij het voorspellen van de kans op een recidief na behandeling met anticoagulantia van een eerste episode van een diepe veneuze trombose, onderzoekt men in het prospectieve cohortonderzoek van Eichinger et al.

Stein et al. trachten in hun systematische review een antwoord te vinden op de vraag welke D-dimeertest in verschillende klinische settings het meest performant is in vergelijking met een referentietest voor het uitsluiten van een diepe veneuze trombose of longembolie.

 

 

Preventie van recidieven complicaties

 
 
Kan men na een veneuze trombo-embolie door middel van een behandeling met anticoagulantia recidieven voorkomen? Is de ene behandeling beter dan de andere?

 

 

De PREVENT-studie en de ELATE-studie onderzoeken of behandeling met orale anticoagulantia in de vorm van warfarine een recidief diepe veneuze trombose kan voorkomen. De studie van Lee et al. vergelijkt het effect van een anticoagulerende behandeling met heparines met laag moleculair gewicht (LMWH) met dat van orale anticoagulantia in de preventie van een recidief veneuze trombo-embolie bij kankerpatiënten.

 

De Minerva-redactie.

 

Diagnostische onderzoeken bij veneuze trombo-embolie

 

Angioscan

  • niet-invasieve test die met behulp van spectrumanalyse de stroomsnelheid en -richting van het bloed kan evalueren

Compressie-echografie

  • met behulp van echografie worden de diepe venen in beeld gebracht; door druk uit te oefenen met de transducer kan men de comprimeerbaarheid van de femoropopliteale vene beoordelen

D-dimeren

  • trombose gaat gepaard met fibrinolyse, waarbij fibrinefragmenten afgesplitst worden; een deel van deze fragmenten worden D-dimeren genoemd; D-dimeren kunnen ook worden aangetroffen bij ontstekingen en maligniteiten

Doppler-onderzoek

  • ultrageluidsgolven worden door het bloed in de bloedvaten teruggekaatst en opgevangen door een instrument dat ze hoorbaar en zichtbaar maakt

Duplexonderzoek

  • echografie van de bloedvaten in combinatie met een Doppler-onderzoek; zo kan men de stroomsnelheid en -richting van het bloed zichtbaar maken en kan de plaats en de ernst van de vernauwing worden bepaald.

Flebografie

  • door röntgencontrastvloeistof in te spuiten kunnen de venen van bekken en onder- en bovenbeen zichtbaar worden gemaakt

Impedantie plethysmografie

  • niet-invasief onderzoek om DVT op te sporen, gebaseerd op het principe dat veranderingen in bloedvolume leiden tot veranderingen in de elektrische geleidbaarheid (impedantie) van het been

Pulmonaire angiografie

  • een röntgenonderzoek van de longbloedvaten, waarbij een contrastmiddel via een catheter in de vena femoralis of vena brachialis wordt gespoten; zo meet men de stroomsnelheid van het bloed en kan de vernauwing van arteriën in beeld worden gebracht; referentietest voor het aantonen van een longembolie

Scintigrafie

  • een nucleair geneeskundig onderzoek, waarbij men licht radioactief materiaal inspuit in de bloedbaan via de arm

Spiraal CT-scan

  • een snelle CT-scan waarbij de doorsneden op continue wijze in een spiraalbeweging worden gemaakt; een driedimensionaal beeld van de bloedvaten kan hiermee worden gemaakt

Ventilatie-perfusiescan of V/Q-scan of longscintigrafie

  • de perfusie wordt beoordeeld aan de hand van isotopen die in de bloedbaan worden ingespoten; wanneer men de ventilatie wil beoordelen, laat men de patiënt een licht radioactief gas inademen

 

 

Themanummer: veneuze trombo-embolie

Auteurs

De redactie

COI :

Woordenlijst

Codering





Commentaar

Commentaar