Resultaat op trefwoord : 'artroscopie'


Aantal resultaten : 3 artikel(s) - 5 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)


De resultaten van deze gerandomiseerde studie die een placebo-heelkundige ingreep vergelijkt met een subacromiale decompressie, tonen 24 maanden na de behandeling geen enkele superioriteit van decompressie bij patiënten die lijden aan een subacromiaal conflict. Deze studie biedt geen onderbouwing voor het uitvoeren van een subacromiale decompressie bij patiënten die lijden aan een subacromiaal conflict.

Deze Britse multicenter RCT van goede kwaliteit met inclusie van patiënten met aanhoudende subacromiale schouderpijn (subacriomaal conflict) toont geen klinisch relevant verschil na 6 maanden (en na 1 jaar) tussen een diagnostische artroscopie alleen, een artroscopie met decompressie en een opvolging zonder interventie.

Deze 2 RCT’s hebben een identiek protocol met dezelfde interventie voor 2 verschillende indicaties, namelijk tromboprofylaxe na artroscopie van de knie en tromboprofylaxe na minstens een week gipsimmobilisatie van een onderbeen. Bij deze populaties zonder voorgeschiedenis van veneuze trombo-embolie is er geen klinisch voordeel vastgesteld van heparine met laag moleculair gewicht versus geen anticoagulatie voor de preventie van veneuze trombo-embolie.

Meniscusletsels: oefentherapie of artroscopie?

Rombouts J.J.

Minerva 15 06 2017


Deze studie van goede methodologische kwaliteit onderzoekt de werkzaamheid van fysieke training (2 tot 3 sessies per week gedurende 12 weken) versus artroscopische partiële meniscectomie bij patiënten van middelbare leeftijd met een meniscusletsel bevestigd met MRI. De resultaten tonen aan dat fysieke training van de pijnlijke knie na 2 jaar evenwaardig is aan artroscopie op basis van het verschil op de KOOS-vragenlijst (Knee injury and Osteoarthritis Outcome Score). Na 3 maanden is er wel meer spierkracht in de fysieke trainingsgroep. Fysieke training kan dus een valabele therapeutische optie zijn, temeer omdat er geen enkel bewijs is voor het nut van meniscectomie, behalve bij een zeer goed afgelijnde populatie. Bovendien gaat artroscopie gepaard met niet te verwaarlozen risico’s.

De resultaten van dit systematisch literatuuroverzicht bevestigen de besluiten van vroegere studies. De methodologische kwaliteit van dit onderzoek is goed, maar door de beperkte methodologische kwaliteit van de originele studies is het niveau van bewijskracht van de besluiten beperkt. Het is niet aangetoond dat de risico/batenverhouding van artroscopische chirurgie gunstig is voor de behandeling van volwassenen en ouderen met kniepijn met of zonder artrose. De chirurgische ingreep gaat immers gepaard met ongewenste effecten en de kostprijs is hoog.

De hier besproken gerandomiseerde studie en meta-analyse bevestigen dat, zoals reeds aangenomen is bij gonartrose, artroscopisch debridement van de meniscus na 12 maanden geen klinisch voordeel biedt ten opzichte van een schijninterventie bij patiënten van middelbare leeftijd met een degeneratief meniscusletsel en zonder bewezen artrose of met een milde vorm van artrose.

Artroscopische chirurgie voor gonartrose?

Rombouts J.J.

Minerva 2009 Vol 8 nummer 7 pagina 90 - 91


Deze studie toont aan dat artroscopische chirurgie voor gonartrose zonder majeur meniscusletsel geen winst oplevert voor de patiënt in vergelijking met een medicamenteuze behandeling en oefeningen.

Artroscopie bij knieartrose?

Bellemans J.

Minerva 2003 Vol 2 nummer 2 pagina 26 - 27


Ondanks de methodologische tekortkomingen toont deze studie aan dat een routinematig uitgevoerde artroscopische interventie bij een patiënt met artrose van de knie niet zinvol is. Dit wordt best voorbehouden voor acute verwikkelingen zoals hydrops of losgekomen fragmenten.