Duiding
Werkonzekerheid: een risicofactor voor hart- en vaatziekten?
15 02 2015
Zorgberoepen
De verschillende coronaire en cardiovasculaire risicofactoren kwamen al veel aan bod in Minerva. We vergeleken onder meer verschillende risicotabellen voor de evaluatie van het cardiovasculaire risico (1). Alle tabellen nemen leeftijd, geslacht, rookgedrag, bloeddrukwaarde, totale cholesterol en diabetes op als factoren om het risico te evalueren. Andere factoren worden in sommige risicotabellen in overweging genomen (in het bijzonder bij jongere personen: familiale antecedenten met vroegtijdige familiale hartziekte, lage HDL-cholesterol en/of hypertriglyceridemie, abdominale obesitas, sedentair leven, ongunstige socio-economische omstandigheden, enkelarmindex <0,9), maar zijn minder gedocumenteerd. Over het verband tussen werkstress en/of werkonzekerheid en coronair lijden kwamen verschillende publicaties tot tegengestelde resultaten.
Virtanen et al. publiceerden in 2013 een systematisch literatuuroverzicht met meta-analyse over het gevoel van werkonzekerheid als risicofactor voor een coronaire gebeurtenis (2). De meta-analyse is gebaseerd op de individuele patiëntgegevens uit 13 cohortstudies van het IPD-Work (‘Individual-participant-data meta-analysis of working populations’) Consortium en 4 bijkomende prospectieve cohortstudies (via PubMed en Embase). Bij correctie voor socio-economische status en andere klassieke risicofactoren toonden alleen twee oudere studies een significant verband aan tussen werkonzekerheid en coronaire hartziekte: de Copenhagen City Heart Study bij 551 mannen (3) met een RR van 2,50 (95% BI van 1,10 tot 5,60) en de Whitehall-II-studie bij 4 244 mannen en vrouwen (4) met een RR van 1,63 (95% BI van 1,06 tot 2,53. In de meta-analyse van de 17 studies bedroeg het relatieve risico voor grote versus geringe werkonzekerheid 1,19 (95% BI van 1,00 tot 1,42), dus een randsignificant resultaat. Bij correctie voor leeftijd was het relatieve risico voor grote versus geringe werkonzekerheid wel significant (RR 1,32; 95% van 1,09 tot 1,59). Werkonzekerheid kwam meer voor bij personen met een lage socio-economische status. Werkonzekere deelnemers waren fysiek minder actief en hadden meer last van hypertensie en hypercholesterolemie dan werkzekere deelnemers. Echter, ook voor de auteurs staat het causale verband tussen deze factoren nog ter discussie.
Besluit
Dit systematisch literatuuroverzicht en meta-analyse van 17 cohortstudies toont na een nauwgezette analyse aan dat er een matig verband is tussen de perceptie van werkonzekerheid en de incidentie van coronaire gebeurtenissen. De associatie kan gedeeltelijk toegeschreven worden aan de socio-economische status en aan een minder gunstig cardiovasculair risicoprofiel in het geval van werkonzekerheid.
Referenties
- Chevalier P. Evaluatie van het cardiovasculair risico: de verschillende risicotabellen doorgelicht. Minerva 2004;3(3):36-40.
- Virtanen M, Nyberg ST, Batty GD, et al, IPD-Work Consortium. Perceived job insecurity as a risk factor for incident coronary heart disease: systematic review and meta-analysis. BMJ 2013;347:f4746.
- Netterstrøm B, Kristensen TS, Jensen G, Schnor P. Is the demand-control model still a useful tool to assess work-related psychosocial risk for ischemic heart disease? Results from 14 year follow up in the Copenhagen City Heart study. Int J Occup Med Environ Health 2010;23:217-24.
- Marmot MG, Smith GD, Stansfeld S, et al. Health inequalities among British civil servants: the Whitehall II study. Lancet 1991;337:1387-93.
Commentaar
Commentaar