Tijdschrift voor Evidence-Based Medicine



Een vuiltje aan de lucht


Minerva 2003 Volume 2 Nummer 4 Pagina 54 - 54

Zorgberoepen




Naar aanleiding van de vijftigste verjaardag van de smogepisode die Londen in 1952 teisterde en een oversterfte van 4 000 doden tot gevolg had, kwam de problematiek van de relatie tussen luchtvervuiling en volksgezondheid in de medische literatuur uitgebreid aan bod. De media berichten op hete zomerdagen of de drempel voor ozonpollutie is overschreden. Er bestaat veel onderzoek over het effect van schommelingen in luchtpolluenten en het voorkomen van ademhalingsproblemen. In dit nummer wordt een onderzoek besproken over ozon als uitlokkende factor voor astma bij kinderen. Minstens even belangrijk is de langdurige blootstelling aan luchtvervuiling. De verbranding van fossiele brandstoffen door het alsmaar toenemend autoverkeer en het stijgend energieverbruik in de industrie zorgen voor een toegenomen productie van stikstofoxides, vluchtige koolwaterstoffen, koolmonoxide en kleine inhaleerbare deeltjes (Particulate Mass met een diameter <10 µm) die op hun beurt onder invloed van klimatologische factoren een secundaire vorm van fotochemische luchtvervuiling veroorzaken. Langdurige blootstelling hieraan is nefast voor de gezondheid.

 

Zeer recente studies onderbouwen met harde empirische gegevens dat de langdurige blootstelling aan luchtvervuiling, vooral veroorzaakt door de verbranding van fossiele brandstoffen, belangrijke gevolgen heeft voor de cardiale en pulmonaire mortaliteit en morbiditeit. Deze studies hebben rekening gehouden met de methodologische kritiek waarmee de resultaten van vroeger onderzoek in vraag werden gesteld. De resultaten van deze verschillende studies bevestigen dat er een samenhang is. Juist omdat deze problematiek vooral dichtbevolkte stedelijke gebieden treft, is een geringe toename van het risico voldoende om een belangrijk absoluut aantal slachtoffers te maken. In Dublin daalde dankzij het verbod van de verkoop van kolen, de door zwarte rook veroorzaakte luchtvervuiling met 70% en gemiddeld waren er de daaropvolgende jaren 116 doden minder door respiratoire pathologie en 243 doden minder ten gevolge van cardiovasculaire aandoeningen 1. In andere regio’s stelde men een analoge terugval vast bij daling van de luchtvervuiling over een langere periode 1-3. Voor Nederland schat men dat er jaarlijks 2 100 overlijdens zijn ten gevolge van luchtvervuiling. Dit is het dubbele van het aantal verkeersslachtoffers. Eenzelfde berekening werd gemaakt voor Oostenrijk, Zwitserland en Frankrijk; daar kwam men aan een raming van 40 000 overlijdens door luchtvervuiling, waarvan de helft het gevolg zou zijn van uitstoot van verbrandingsgassen door het autoverkeer.

 

Maar net als in het debat over de nadelen van roken voor de volksgezondheid, loopt ook hier de wetenschapper de beleidsverantwoordelijken enkele jaren voor. De financiële en economische belangen verbonden aan het opstoken van fossiele brandstof eisen nu eenmaal slachtoffers (zoenoffers?). Als samenleving kan men dit blijkbaar zonder al te veel gewetensproblemen rechtvaardigen en vertikt men het om te investeren in mens- en milieuvriendelijke methoden om energie te produceren. De Kyoto-akkoorden worden door de grootste vervuilers niet geratificeerd en men beseft duidelijk niet dat het opkopen en op deze wijze conserveren van Siberische wouden goed is voor de lokale bevolking, flora en fauna. Echter het effect hiervan op de kwaliteit van de lucht in België is verwaarloosbaar. Huisartsen zetten zich in om individuele patiënten zo gezond mogelijk te houden. Daarom kan men als arts niet ongevoelig blijven voor dit cijfermateriaal. Inzet voor de gezondheid van het individu is enkel zinvol wanneer dit individu kan leven en bewegen in een sociaal en ecologisch gezond milieu. Daarom mag dit laatste niet aan onze aandacht ontsnappen.

 

M. Lemiengre

 

Literatuur

  1. Clancy L, Goodman P, Sinclair H, et al. Effect of air pollution and death rates in Dublin Ireland: an intervention study. Lancet 2002;360:1210-4.
  2. Pope CA, Burnett RT, Thun MJ, et al. Lung cancer, cardiopulmonary mortality and long-term exposure of fine particulate air pollution. JAMA 2002;287:1132-42.
  3. Hedley AJ,Wong CM, Thach TQ, et al. Cardiorespiratory and all-cause mortality after restrictions on sulphur content of fuel in Hong Kong: an intervention study. Lancet 2002;360:1646-52.
  4. Hoek G, Brunekreef B, Goldbohm S, et al. Association between mortality and indicators of traffic-related air pollution in the Netherlands: a cohort study. Lancet 2002;360:1203-9.
  5. Künzli N,Kaiser R, Medina S, et al. Public-health impact of outdoor and traffic related air pollution: a European assessment. Lancet 2000;356:795-801.
Een vuiltje aan de lucht

Auteurs

Lemiengre M.
Huisartsenpraktijk De Wijngaard Roeselare; Vakgroep Huisartsgeneeskunde en Eerstelijnsgezondheidszorg, UGent
COI :

Trefwoorden

luchtverontreiniging

Woordenlijst

Codering





Commentaar

Commentaar