Resultaat van de auteur


Boudrez H.
psycholoog-tabacoloog, Universiteit Gent
7 artikel(s) - 13 bondige bespreking(en)


Deze Cochrane systematische review van zowel RCT’s als cohortstudies toont aan dat het gebruik van nicotine-e-sigaretten leidt tot meer rookstop dan nicotinesubstitutie (hoge graad van zekerheid van bewijs), e-sigaretten zonder nicotine (matige graad van zekerheid van bewijs) en gedragsinterventies (lage graad van zekerheid van bewijs) zonder toename van ongewenste effecten. Er bestaat nog steeds veel onzekerheid over ongewenste effecten en schade op lange termijn. Bovendien zijn er langetermijnstudies nodig om herval van tabaksroken en het risico op aanhoudend gebruik van e-sigaretten en op duaal roken te onderzoeken. Ook is nog niet duidelijk welke subgroepen het meeste baat kunnen hebben bij het gebruik van nicotine-e-sigaretten in plaats van of samen met andere erkende interventies om te stoppen met roken.

Effectiviteit van rookstopinterventies bij COPD-patiënten

Boudrez H.

Minerva 2023 Vol 22 nummer 4 pagina 71 - 74


Deze netwerk meta-analyse toont aan dat de combinatie van medicamenteuze en niet-medicamenteuze behandeling tot meer abstinentie leidt bij COPD-patiënten die roken en wensen te stoppen met roken. Op basis van deze analyse kunnen we echter niet bepalen welke combinatie het meest effectief is.

Uit deze methodologisch correct uitgevoerde systematische review en meta-analyse van meestal kleine studies met vaak een hoog risico van bias blijkt dat geen enkele interventie een langdurig effect heeft op gewichtstoename na rookstop. Verder onderzoek is zeker nuttig naar het afremmend effect op gewichtstoename en de abstinentiegraad van een gepersonaliseerd ondersteuningsprogramma voor gewichtscontrole bij personen die wensen te stoppen met roken. Ook het langetermijneffect op gewichtstoename van nicotinesubstitutie, bupropion, fluoxetine en nicotinesigaretten als hulpmiddel bij rookstop moet verder onderzocht worden.

Het nut van gedragsinterventies bij rookstop: een component netwerk meta-analyse

Boudrez H. , Poelman T.

Minerva 2022 Vol 21 nummer 2 pagina 26 - 30


Deze uitgebreide systematische review van 33 systematische reviews van de Cochrane Collaboration, waarvan er 5 minstens één methodologische zwakte vertonen, en aangevuld met een component-netwerk-meta-analyse van 312 RCT’s met een meestal hoog of onduidelijk risico van bias, toont een globale winst van gedragsinterventies op rookstop bij rokers in de algemene bevolking. Er bestaat sterk bewijs voor het effect van de componenten counseling en financiële incentives die vaak deel uitmaken van deze gedragsinterventies. Gezien het bewijs voor het effect van andere componenten op rookstop matig tot laag is en omdat er nog onduidelijkheid bestaat over mogelijke interacties tussen de verschillende componenten is het cumulatieve effect van verschillende componenten op rookstop nog onduidelijk. De intensiteit van gedragsinterventies en het gelijktijdig gebruik van farmaca lijkt een beperkte invloed te hebben op de abstinentiegraad. Er zijn geen argumenten die aantonen dat het gebruik van gedragsmatige ondersteuning aanleiding geeft tot ongewenste effecten.

Deze correct uitgevoerde cohortstudie met meer dan 16 000 deelnemers toont aan dat er geen verband bestaat tussen gewichtstoename door te stoppen met roken en het risico van cardiovasculaire aandoeningen, type 2-diabetes mellitus, kanker en COPD. Het voordeel van rookstop op vlak van mortaliteit hangt bovendien niet af van een mogelijke gewichtstoename na rookstop. Rapporteringsbias is in deze studie echter niet uitgesloten en mogelijk belangrijke confounders zijn niet in rekening gebracht.

Deze dubbelblinde gerandomiseerde gecontroleerde studie toont aan dat het overschakelen naar sigaretten met lage nicotinegehaltes (0,4 mg/g en 2,4 mg/g) bij personen met een psychiatrische aandoening en bij vrouwen uit kwetsbare socio-economische klassen, zonder intrinsieke motivatie om te stoppen met roken, na 12 weken leidt tot een daling van het aantal gerookte sigaretten zonder uit te monden in compensatoir roken. De hoge financiele vergoedingen in deze studie en de discrepantie tussen de geafficheerde en de vastgestelde hogere nicotinegehaltes in commerciële sigaretten belemmeren extrapolatie naar de reële wereld. Verder onderzoek is noodzakelijk alvorens deze schadebeperkende strategie aanbevolen kan worden voor kwetsbare groepen van rokers die niet onmiddellijk van plan zijn om te stoppen met roken.

Uit deze systematische review van de Cochrane Collaboration van 63 gerandomiseerde gecontroleerde studies bij volwassen rokers die gemotiveerd zijn om te stoppen met roken kunnen we met een hoge graad van evidentie besluiten dat er geen verschil in abstinentiegraad bestaat tussen een snelwerkende nicotinetoedieningsvorm en een nicotinepleister, maar dat de combinatie van beide wel tot meer abstinentie leidt dan het gebruik van slechts één toedieningsvorm. Met een matige graad van evidentie kunnen we besluiten dat een nicotinepleister met 21 tot 25 mg nicotine meer abstinentie geeft dan een pleister met 14 tot 15 mg nicotine en dat het nuttig is om vóór de stopdatum met nicotinesubstitutie te beginnen.

Deze open-label gerandomiseerde gecontroleerde studie toont aan dat de e-sigaret na 1 jaar tot tweemaal meer rookstop leidt dan het gebruik van nicotinevervangende producten. Het ging in deze studie echter om gemotiveerde patiënten die ook gedragsondersteuning kregen. Bovendien gebruikte 80% van de deelnemers na 1 jaar nog steeds de e-sigaret, waarvan de veiligheid echter nog niet voldoende is aangetoond.

Hebben nicotinevervangers nog nut bij rookstop?

Boudrez H.

Minerva 17 12 2018


Nicotinesubstitutie is een effectief en veilig hulpmiddel ter ondersteuning van een rookstoppoging bij rokers die gemotiveerd zijn om te stoppen met roken. Dit geldt zowel voor ‘gezonde’ rokers, als rokers met een cardiale, pulmonaire of psychiatrische aandoening. Ook het gebruik ervan tijdens de zwangerschap blijkt effectief en veilig te zijn.

Uit deze methodologisch correct uitgevoerde, dubbelblinde, gerandomiseerde gecontroleerde studie met een groot aantal gemotiveerde rokers blijkt dat het gebruik van varenicline of bupropion niet leidt tot een groter risico van matige tot ernstige neuropsychiatrische symptomen in vergelijking met placebo of een nicotinepleister. Deze studie kon ook aantonen dat dit zowel geldt voor rokers met als voor rokers zonder gestabiliseerde psychiatrische stoornis. In beide groepen bleek bovendien dat de abstinentiegraad hoger was met varenicline dan met bupropion of nicotinepleister.

Gradueel of abrupt stoppen met roken?

Boudrez H.

Minerva 17 10 2016


Deze gerandomiseerde gecontroleerde studie bij rokers die gemotiveerd zijn om te stoppen met roken kon de non-inferioriteit van gradueel ten opzichte van abrupt stoppen niet aantonen.

Bij patiënten die de intentie hebben om binnen een periode van één tot drie maanden te stoppen met roken helpt varenicline in vergelijking met placebo het aantal gerookte sigaretten reduceren en doet de kans op volledige rookstop toenemen.

Varenicline combineren met nicotinesubstitutie?

Boudrez H.

Minerva 15 03 2015


Deze studie toont aan dat een combinatietherapie van varenicline en een nicotinepleister leidt tot een hogere abstinentiegraad dan een rookstopbehandeling met alleen varenicline. De tegenstrijdigheid van deze resultaten met de gegevens van andere studies vraagt evenwel om verder onderzoek.

Deze Cochrane review toont aan dat intensieve gedragsmatige rookstopinterventies aangevuld met nicotinesubstitutie, rookstop op korte termijn bevorderen en resulteren in een afname van postoperatieve complicaties.

Rookstop leidt tot stemmingsverbetering

Boudrez H.

Minerva 15 10 2014


Deze systematische review toont aan dat rookstop in vergelijking met verder blijven roken geassocieerd is met een verbetering van depressie, angst, stress, psychische levenskwaliteit en met een positief gedrag. De associatie geldt zowel voor de algemene populatie als voor de populatie met medische en/of psychiatrische co-morbiditeit.

Deze netwerk meta-analyse met zowel directe als indirecte vergelijkingen kon geen ernstige cardiovasculaire effecten aantonen, noch met nicotinesubstitutie, noch met bupropion, noch met varenicline. Nicotinesubstitutie gaf wel meer tachycardie. Deze bevindingen zijn van toepassing op zowel rokers met als op rokers zonder medische co-morbiditeit (cardiovasculaire ziekte, COPD, peri-operatieve patiënten).

Rookreductie versus abrupte rookstop

Boudrez H.

Minerva 2013 Vol 12 nummer 6 pagina 71 - 72


Deze methodologisch uiterst zorgvuldig uitgevoerde meta-analyse besluit op basis van 10 RCT’s dat er bij rokers die gemotiveerd zijn om te stoppen met roken na 6 maanden geen verschil in abstinentiegraad bestaat tussen rookreductie en abrupte rookstop.

Effect van telefonische counseling op rookstop?

Boudrez H.

Minerva 2009 Vol 8 nummer 10 pagina 148 - 149


De auteurs van deze studie tonen aan dat medicatie om te stoppen met roken, gecombineerd met telefonische counseling, niet uitgevoerd door de huisarts, rookstop bevordert bij rokers die niet spontaan om rookstop vragen. Er is geen meerwaarde van counseling met farmacotherapie ten opzichte van farmacotherapie alleen.

Bupropion (Zyban): een nieuwe rookstoppil?

Boudrez H.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 7 pagina 294 - 296


Op basis van recente studies lijkt bupropion (Zyban®) een hoopgevende aanwinst te zijn voor een rookstopbehandeling bij gemotiveerde personen. Verder onderzoek is nodig om de effectiviteit, de veiligheid en de plaats van bupropion bij rookstopbehandeling vast te leggen. Aangezien bupropion niet verwant is aan andere antidepressiva, is extrapolering van zijn effect bij rookstop naar andere antidepressiva niet verantwoord. Bupropion is op dit moment niet op de markt in België.

Hoe te stoppen met roken

Boudrez H.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 6 pagina 251 - 253


De meest zinvolle preventieve maatregel die een huisarts kan nemen, is het motiveren tot rookstop en het professioneel begeleiden van degenen die willen stoppen met roken. Dit is een elementaire plicht van de (huis)arts. Bij de begeleiding van het rookstopproces kunnen de verschillende vormen van nicotinesubstitutie behulpzaam zijn. De effectiviteit van nicotinekauwgom, nicotine-bevattende transdermale systemen, intranasale nicotinespray en inhalatie- nicotines is bewezen. Alle andere medicamenteuze behandelingen lijken ofwel niet effectief (benzodiazepines, b -blokkers, lobeline, acupunctuur, zilveracetaat), hebben te veel bijwerkingen (clonidine), of zijn nog te weinig onderbouwd met goede studies (antidepressiva).