Tijdschrift Minerva volume 31 nummer 6 juli 2002




Editoriaal: Behandeling van astma

Pagina 308 - 309 

 


De rol van langwerkende beta2-agonisten bij chronisch persisterend astma

Pagina 311 - 315 

Buffels J.  

Bij het aanpassen van de behandeling bij patiënten met matig persisterend astma heeft men de keuze tussen het verhogen van de dosis inhalatiesteroïden en het toevoegen van een langwerkend ß2-mimeticum. De besproken RCT’s dragen argumenten aan ten gunste van het toevoegen van een langwerkend ß2-mimeticum 1. De dosis inhalatiesteroïden kan in dat geval onder geijkte controle verminderd worden zonder verlies van therapeutisch effect. Stopzetten van de inhalatiesteroïden is in deze indicatie af te raden. Het gebruik van inhalatiesteroïden en langwerkende ß2-mimetica in een vaste dosis wordt door deze studies niet onderbouwd. Verder onderzoek op lange termijn met klinische uitkomsten (nood aan peroraal corticosteroïdgebruik, hospitalisaties enzovoort) is nodig om een uitspraak te kunnen doen over het effect op lange termijn.


Leukotrieenantagonisten bij chronisch persisterend astma

Pagina 316 - 319 

Kips J.  

Er is onvoldoende evidentie voor het nut van CysLT1-receptor antagonisten (leukotrieenantagonisten) als additionele behandeling aan inhalatiesteroïden bij astma. Bij matig en ernstig astma bij volwassenen blijft de standaardbehandeling een combinatie van inhalatiecorticosteroïden met langwerkende ß2-agonisten


Langetermijneffecten van budesonide en nedocromil bij kinderen met astma

Pagina 320 - 325 

Van Daele S.  

Bij matig (persisterend) astma bij kinderen heeft behandeling met inhalatiesteroïden de voorkeur, aangezien dit bij lage dosissen veilig is.


Budesonide bij kinderen met astma: effect op de lichaamslengte?

Pagina 326 - 327 

Vandeweghe M.  

Bekommernis om de groei en de volwassen gestalte van astmapatiënten mag geen belemmering zijn voor het voorschrijven van inhalatiesteroïden.


Effectiviteit van inhalatoren bij astma

Pagina 327 - 330 

Pierart F.  

Vooraleer men een inhalator voorschrijft, is het belangrijk om de inhalatietechniek van de patiënt te beoordelen en zo nodig duidelijke gebruiksinstructies te geven. De keuze van de soort inhalator moet gebeuren op maat van de patiënt en bij elke consultatie moet de correcte inhalatietechniek worden gecontroleerd om een optimaal effect van de behandeling te bereiken.