Tijdschrift Minerva volume 3 nummer 9 november 2004




Publiciteit en geneesmiddelengebruik: een sterke band

Pagina 137 - 137 

Laekeman G.  


Combinatietherapie van salmeterol en fluticason bij COPD

Pagina 138 - 141 

Buffels J.  

Deze studie toont als eerste een mogelijke positieve invloed van een combinatie van een langwerkende ß2-agonist met een inhalatiecorticosteroïd op het ziektebeloop van patiënten met ernstig COPD (een FEV1 van minder dan 50% van de voorspelde waarde). Verdere studies dienen dit nog te bevestigen. Het voordeel van de combinatietherapie op symptomen en levenskwaliteit van de patiënten is minder duidelijk. De internationale richtlijnen voor de medicamenteuze behandeling van stabiel COPD (GOLD) werden in 2003 na publicatie van deze studie aangepast en behouden de restrictie voor het voorschrijven van inhalatiesteroïden tot patiënten met ernstig COPD en frequente exacerbaties.


Ambulante behandeling van COPD-exacerbaties met oraal prednison

Pagina 141 - 143 

Elinck K.  

Uit deze studie blijkt dat behandeling met corticosteroïden per os (prednison) bij COPD-patiënten met een acute exacerbatie de kans op herval binnen de maand doet verminderen. Dit besluit kan echter niet worden geëxtrapoleerd naar de huisartspraktijk. In deze studie includeerde men patiënten die zich aanmeldden op een (Canadese) spoeddienst en die systematisch ook antibiotica voorgeschreven kregen. Verder onderzoek in de eerste lijn is noodzakelijk.


Topiramaat ter preventie van migraine?

Pagina 143 - 145 

Umbach I.  

Deze placebogecontroleerde studie toont aan dat topiramaat vergeleken met placebo werkzaam is ter preventie van migraineaanvallen. Aangezien er geen studies zijn die topiramaat vergelijken met andere preventieve behandelingen, is nog niet duidelijk welke plaats topiramaat heeft in de onderhoudsbehandeling van migraine.


Alendronaat: tien jaar ervaring

Pagina 145 - 147 

Michiels B.  

Deze analyse van twee voortgezette studies besluit dat alendronaat continu gegeven gedurende tien jaar aan postmenopauzale vrouwen met osteoporose (T-score <-2,5) goed verdragen wordt. Door het ontbreken van harde eindpunten in deze studies is de fractuurincidentie niet juist in te schatten en de klinische meerwaarde van een langdurige behandeling (>5 jaar) onduidelijk. Valpreventie blijft de belangrijkste preventieve maatregel bij osteoporose.


Oefentherapie en ondersteuning van mantelzorgers bij Alzheimer

Pagina 147 - 149 

De Jonghe M., Roland M.  

Deze goed opgezette en correct geanalyseerde studie toont aan dat de vorming en ondersteuning van mantelzorgers binnen het kader van een globale benadering van patiënten die lijden aan de ziekte van Alzheimer positief is, zowel vanuit fysiek als mentaal oogpunt. Deze studie laat, in tegenstelling tot andere, niet toe om te evalueren of deze benadering de tijd tot institutionalisering vertraagt. De uitvoerbaarheid van een dergelijke interventie in onze gezondheidszorg moet nog worden aangetoond.


Atorvastatine bij claudicatio intermittens

Pagina 150 - 151 

Lemiengre M.  

Deze studie besluit dat behandeling gedurende een jaar met atorvastatine 80 mg per dag bij patiënten met perifeer obstructief arterieel vaatlijden, de pijnvrije staptijd doet toenemen. Deze toename is echter zo gering (42 seconden) dat de klinische relevantie ervan in twijfel getrokken moet worden. Er is evidentie voor het nut van twee niet-medicamenteuze interventies bij patiënten met perifeer arterieel vaatlijden: bewegen en stoppen met roken. Daarnaast dient men bij deze patiënten de verschillende cardiovasculaire risico’s te behandelen zoals de aanbevelingen aangeven.


Persbericht

Pagina 152 - 152