Resultaat op trefwoord : 'buikpijn'


Aantal resultaten : 3 artikel(s) - 2 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)

Laag-FODMAP-dieet nuttig voor prikkelbaredarmsyndroom?

Mullie P.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 4 pagina 92 - 95


Uit deze gerandomiseerde gecontroleerde studie met een gering aantal patiënten met prikkelbaredarmsyndroom (PDS) zonder constipatie kunnen we besluiten dat op korte termijn zowel een laag-FODMAP-dieet als algemene voedingsadviezen de klachten van het prikkelbaredarmsyndroom verminderen. Alleen voor individuele symptomen (secundaire uitkomstmaten in deze studie) kon men een statistisch significante daling met laag-FODMAP-dieet versus algemene voedingsadviezen vaststellen.

Deze systematische review met veel methodologische beperkingen stelt het mogelijke nut voorop van CRP en fecaal calprotectine om inflammatoir darmlijden uit te sluiten bij patiënten met prikkelbaredarmsyndroom.

Dit systematisch literatuuroverzicht met meta-analyse van goede methodologische kwaliteit maar gebaseerd op heterogene studies, toont aan dat probiotica een statistisch significant gunstig effect hebben op klachten van buikpijn bij patiënten met het prikkelbaredarmsyndroom. Over het effect van probiotica bij chronische idiopathische constipatie kunnen we geen uitspraak doen. Andere studies zijn nodig om een eventueel effect aan te tonen van prebiotica en synbiotica.

Diverticulaire aandoening van het colon en mesalazine

La rédaction Minerva

Minerva 15 02 2014


De eerste RCT van goede methodologische kwaliteit, maar met (te) weinig power, toont aan dat mesalazine geen meerwaarde heeft boven placebo bij patiënten tussen 45 en 80 jaar met een ongecompliceerde diverticulaire aandoening. Ook antibiotica hebben geen bewezen nut bij deze indicatie.

Functionele buikpijn bij kinderen behandelen met hypnosetherapie?

Van Winckel M.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 9 pagina 140 - 141


Deze kleinschalige studie bij kinderen en adolescenten met langdurige functionele buikpijnklachten toont aan dat hypnosetherapie een beloftevolle therapeutische optie is. Omdat de interventie werd uitgevoerd in één derdelijnscentrum door één enkele therapeut zijn de resultaten niet extrapoleerbaar naar de eerstelijnsgezondheidszorg. Verdere studies die deze interventie vergelijken met andere interventies en zeker met cognitieve gedragstherapie zijn nodig om de plaats van hypnosetherapie bij de behandeling van functionele buikpijn bij kinderen te bepalen.