Resultaat op trefwoord : 'automutilatie'


Aantal resultaten : 1 artikel(s) - 3 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)


Deze methodologisch correct uitgevoerde systematische Cochrane review en meta-analyse van 17 heterogene studies die vaak een hoog risico van bias vertonen, toont met een hoge graad van evidentie aan dat dialectische gedragstherapie na 12 maanden ten opzichte van (verbeterde) gebruikelijke zorg de kans op herval van zelfbeschadiging reduceert bij kinderen en adolescenten. Voor familietherapie kon men met een matige graad van evidentie geen effect ten opzichte van (verbeterde) gebruikelijke zorg aantonen. Andere specifieke psychologische interventies, waaronder individuele gedragstherapie, waren niet beter dan (verbeterde) gebruikelijke zorg, maar door een tekort aan studies en door het hoge risico van bias in verschillende studies kunnen we hierover niets definitief besluiten.

Zelfbeschadiging bij jongeren: wat is het nut van familietherapie?

Baetens I. , Poelman T.

Minerva 2020 Vol 19 nummer 6 pagina 64 - 68


Deze goed opgezette pragmatische RCT kon niet aantonen dat gestandaardiseerde familietherapie effectiever is dan usual care voor de behandeling van jongeren met minstens twee episodes van zelfbeschadiging in een gespecialiseerde zorgstructuur in het Verenigd Koninkrijk.

In deze open-label gerandomiseerde gecontroleerde studie bij volwassen patiënten met majeure depressie in de eerste lijn blijkt gedragsactivatie, aangeboden door hulpverleners zonder uitgebreide therapeutische training, even effectief en kosteneffectief te zijn als cognitieve gedragstherapie aangeboden door professionele psychotherapeuten.

Deze retrospectieve studie toont aan dat het gebruik van SSRI’s of andere (recente) antidepressiva bij ouderen met meer ongewenste effecten geassocieerd zijn in vergelijking met klassieke TCA’s (met uitzondering van meer ongewenste effecten met trazodon).