Resultaat op trefwoord : 'palliatieve zorg'


Aantal resultaten : 7 artikel(s) - 5 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)


Deze systematische review en meta-analyse van meestal kleine studies met een vaak verhoogd risico van verschillende vormen van bias kan geen effect van farmacologische interventies aantonen ter bestrijding van kortademigheid bij patiënten met gevorderde (long-) kanker. Omdat de sterkte van het bewijs matig tot zwak is en omdat de palliatieve populatie ook een zeer heterogene groep is kunnen we op basis van deze resultaten niets met zekerheid besluiten over de plaats van opioïden en/of anxiolytica bij de aanpak van kankergerelateerde dyspnoe.

Deze internationale cluster gerandomiseerde gecontroleerde studie van goede methodologische kwaliteit kon geen verbetering aantonen in het comfort tijdens de laatste levensweek van residenten die verblijven in woonzorgcentra na een stapsgewijze integratie van palliatieve zorg.

Uit deze recente RCT kunnen we besluiten dat het vroegtijdig inschakelen van palliatieve zorg onder de vorm van een maandelijkse consultatie met een palliatieve zorg-arts de levenskwaliteit en de stemming na 24 weken verbetert bij nieuw gediagnosticeerde kankerpatiënten. Uit een secundaire analyse lijkt de grootte van het effect af te hangen van het type kanker.

Hoe zorgdoelen bespreken en vastleggen bij ouderen met gevorderde dementie?

Chevalier P.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 9 pagina 222 - 225


Deze RCT bij 80-plussers met gevorderde dementie die sinds ongeveer 2 jaar in een woon- en zorgcentrum verblijven en ondersteund worden door een familievertegenwoordiger, toont aan dat een interventie om de communicatie en besluitvorming te verbeteren een beperkt nut heeft. De interventie bestaat uit een video met informatie voor de familievertegenwoordiger en een gestructureerd overleg tussen het zorgteam en de familievertegenwoordiger. Het positieve effect beperkt zich tot een verbetering van de communicatie over de zorg bij het levenseinde en tot een vermindering van het aantal hospitalisaties.

Deze multicenter dubbelblinde gerandomiseerde gecontroleerde studie toont aan dat het toevoegen van neuroleptica aan de behandeling van mild tot matig ernstig delier in de palliatieve zorg af te raden is. Het is essentieel dat de aanpak van delier begint met het zoeken naar en het behandelen van de onderliggende oorzaken.

Vroegtijdige versus laattijdige start van palliatieve zorg bij kankerpatiënten?

Pype P.

Minerva 2016 Vol 15 nummer 8 pagina 199 - 202


Deze gerandomiseerde gecontroleerde studie toont aan dat het vroegtijdig integreren van palliatieve zorg in standaard oncologische zorg geen voordeel biedt ten opzichte van het laattijdig integreren wat betreft symptoomlast en het gebruik van ziekenhuisdiensten.

Deze retrospectieve cohortstudie in een andere zorgcontext dan de Belgische besluit dat het inschakelen van palliatieve thuiszorgequipes het aantal ziekenhuisopnames, spoedopnames en overlijdens in ziekenhuizen doet dalen.

Deze review toont net zoals andere studies via indirect bewijs aan dat het stopzetten van anticholinerge en psychotrope medicatie bij ouderen het risico van valpartijen vermindert en een gunstig effect heeft op de cognitieve capaciteiten. Tijdens het levenseinde medicatie verminderen of stopzetten is nog weinig onderzocht en een onderbouwde conclusie is moeilijk.

Palliatieve sedatie, levensverkortend of niet?

Pype P.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 10 pagina 119 - 120


Op basis van de geïncludeerde heterogene observationele studies in deze systematische review met methodologische tekortkomingen, kan men niet besluiten dat correct toegepaste palliatieve sedatie het leven verkort bij patiënten met kanker.

Palliatief nut van zuurstoftherapie voor de behandeling van kortademigheid

Clement P.

Minerva 2011 Vol 10 nummer 8 pagina 99 - 100


Deze studie toont aan dat zuurstof vergeleken met kamerlucht, allebei toegediend met een concentrator en neusbril, geen meerwaarde biedt in de palliatieve behandeling van dyspnoe bij terminale patiënten met voldoende zuurstofsaturatie. Toediening van zowel zuurstof als kamerlucht gaat gepaard met een discrete verbetering van de dyspnoe en van de levenskwaliteit.

Zorg bij het levenseinde: is er ook hier nood aan ‘evidentie’?

Chevalier P. , Soenen K. , Sturtewagen J.P. , Vanhalewyn M.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 9 pagina 129 - 129

Palliatieve zorg bij het levenseinde: zijn er bewijzen?

Chevalier P. , Sturtewagen J.P.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 9 pagina 132 - 135


Deze systematische review toont aan dat er sterk bewijs is voor de effectiviteit van verschillende behandelingen voor kankerpijn, voor de behandeling van dyspnoe in geval van COPD (medicamenteus of door longrevalidatie) en voor psychosociale hulp in geval van depressie door kanker. Voor advance care planning, zorgcontinuïteit en werkbelasting met registratie van de tevredenheid van de zorgverleners, is de effectiviteit van de interventies matig onderbouwd. Zowel voor de artsen, de patiënten als voor de omgeving zou men ook een kleiner niveau van bewijskracht en een kleinere (maar statistisch significante) effectgrootte van sommige behandelingen of interventies in aanmerking moeten nemen, zelfs wanneer er sterker bewijs is voor medicamenteuze behandelingen (dikwijls door het groter aantal - gesponsorde - studies met deze geneesmiddelen). Het ene mag het andere niet uitsluiten.