Resultaat op trefwoord : 'antibioticum'


Aantal resultaten : 73 artikel(s) - 48 bondige bespreking(en) - 0 Synthese(s)

Wat is het nut van de PEN-FAST-score om het risico van penicillineallergie te bepalen?

Nonneman A.

Minerva 2024 Vol 23 nummer 9 pagina 213 - 216


Dit monocenter retrospectieve cohortonderzoek toont aan dat de PEN-FAST-score met een drempelwaarde van 2 punten nuttig kan zijn voor de opsporing van volwassen patiënten met een laag risico van penicillineallergie in een quasi ‘reële’ klinische situatie. Het onderzoek heeft echter meerdere tekortkomingen die de veralgemening beperken: het is in slechts één centrum uitgevoerd, de steekproefomvang is beperkt en vrouwen zijn oververtegenwoordigd. De inclusiecriteria zijn ook nogal vaag gedefinieerd en verificatiebias kan geleid hebben tot een overschatting van de diagnostische accuraatheid van de score. Tot slot onderstreept het vrij brede betrouwbaarheidsinterval voor bepaalde metingen de onnauwkeurigheid van de resultaten. Er is dus meer pragmatisch onderzoek nodig in de eerstelijnszorg om de conclusies van deze studie te valideren bij grotere en meer diverse studiepopulaties.

Deze update van de systematische review met meta-analyses van de Cochrane Collaboration is van goede methodologische kwaliteit en toont net als in 2015 het beperkte voordeel aan van antibiotica voor de behandeling van een acute middenoorontsteking bij kinderen jonger dan 15 jaar. Het voordeel is meer aangetoond bij kinderen jonger dan 2 jaar met een bilaterale acute middenoorontsteking of met otorroe. Op basis van deze resultaten lijkt het niet nodig om aanpassingen te doen aan de richtlijnen voor de klinische praktijk.

Deze Cochrane systematische review besluit dat veenbespreparaten het risico van symptomatische urineweginfecties met of zonder positieve urinecultuur verminderen bij vrouwen met recidiverende urineweginfecties, bij kinderen en bij volwassenen die vatbaar zijn voor urineweginfecties ten gevolge van medische ingrepen. Ondanks de inclusie van 50 studies met meer dan 8 000 deelnemers blijft de bewijskracht matig wegens een belangrijke statistische heterogeniteit. Daarnaast was er een belangrijke klinische heterogeniteit in veenbespreparaten en controlegroepen. De geïncludeerde RCT’s verschilden in studieopzet, waren soms klein en vertoonden een vaak hoog of onduidelijk risico van bias op verschillende domeinen.

Lokale antibiotica voor acute bacteriële conjunctivitis?

De Sutter A.

Minerva 2024 Vol 23 nummer 4 pagina 82 - 85


Deze update van een Cochrane systematische review en meta-analyse toont aan dat een lokale behandeling met antibiotica bij bacteriële conjunctivitis de kans op klinische en microbiologische genezing in lichte mate doet toenemen. De hoge genezingspercentages met placebo bevestigen echter ook de zelflimiterende aard van de aandoening. Het besluit is gebaseerd op studies met mogelijke methodologische tekortkomingen waardoor de zekerheid van het bewijs matig is. De enige twee studies die uitgevoerd zijn in de huisartspraktijk tonen geen statistisch significant voordeel van topisch fusidinezuur en chloramfenicol. Evenmin bestaat er sluitend bewijs dat chinolonen effectiever zijn dan andere antibiotica. De richtlijnen kunnen dus onveranderd blijven: de boodschap blijft om in de eerste plaats waakzaam af te wachten. Indien toch gekozen wordt voor antibiotica, gaat de voorkeur uit naar niet-chinolonen.

Deze methodologisch correct uitgevoerde Cochrane systematische review van twee kleine studies met hoog of onduidelijk risico van bias toont aan dat er tot op heden onvoldoende evidentie bestaat om het gebruik van topische antibiotica in de behandeling van een cornea-erosie aan te bevelen, dan wel te verwerpen. Er is nood aan een methodologisch correct opgezette, gerandomiseerde placebogecontroleerde studie met voldoende power om het effect op de preventie van ooginfecties, tijd tot genezing en patiëntgerelateerde uitkomsten (zoals pijnintensiteit) van topische antibiotica bij personen met een cornea-erosie te onderzoeken

Het nut van point-of-care-testen bij het voorschrijven van antibiotica voor acute luchtweginfecties

Van den Bruel A. , Verbakel J.Y. , Poelman T.

Minerva 2023 Vol 22 nummer 10 pagina 229 - 234


Deze systematische review en meta-analyse toont aan dat het gebruik van een CRP-point-of-care-test in de eerstelijnszorg het aantal antibioticumvoorschriften doet dalen zonder de klinische evolutie van lage luchtweginfecties te beïnvloeden, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Het is onwaarschijnlijk dat toekomstige studies dit resultaat nog zullen weerleggen. Extrapolatie naar ouderen met comorbiditeit en immuungecompromitteerde patiënten is niet mogelijk en vraagt om verder onderzoek. Ook met procalcitonine-point-of-care-testen zag men een daling in het aantal antibioticumvoorschriften zonder impact op de klinische verbetering bij volwassenen met een acute luchtweginfectie maar de sterkte van het bewijs was zeer laag.

Deze systematische review met meta-analyses, van goede methodologische kwaliteit, toont aan dat een 3-daagse antibioticakuur niet inferieur is aan een 5-daagse antibioticakuur voor de behandeling van community acquired pneumonie bij kinderen tussen 2 maanden en jonger dan 5 jaar op het vlak van genezing en optreden van ongewenste effecten.

Volgens de auteurs van deze studie beschermt eradicatie van Helicobacter pylori in de eerste lijn niet geselecteerde patiënten van 60 jaar of ouder die hoogstens 325 mg aspirine per dag innemen tegen bloedende maagulcera als gevolg van aspirine. Er is een significante daling van het risico van hospitalisatie wegens ulceratieve bloedingen. Deze winst blijft op lange termijn echter niet behouden. Het voordeel werd waargenomen in een populatie met een laag risico (<2% van de patiënten met ulceratieve antecedenten): er moeten 238 patiënten met een positieve test voor Helicobacter pylori behandeld worden om één hospitalisatie wegens bloeding door peptisch ulcus te vermijden.

7 of 14 dagen antibiotica voor afebriele urineweginfecties bij mannen?

Lacante J.

Minerva 2022 Vol 21 nummer 10 pagina 246 - 249


Deze RCT van goede methodologische kwaliteit toont non-inferioriteit aan van een 7-daagse ten opzichte van een 14-daagse behandeling met ciprofloxacine of sulfamethoxazol/trimethoprim bij oudere mannen met het vermoeden van een ongecompliceerde urineweginfectie zonder koorts. De keuze van het antibioticum maakt extrapolatie naar de Belgische context problematisch.

Deze goed uitgevoerde retrospectieve cohortstudie toont dat de aanwezigheid van een appendicoliet geassocieerd is met een bijna twee keer zo groot risico van appendectomie binnen 30 dagen na toediening van antibiotica. De klinische kenmerken die vaak worden gebruikt om de ernst van de appendicitis te bepalen, blijken niet significant geassocieerd met het risico van een appendectomie binnen 30 dagen. De duur van de follow-up, de exclusiecriteria en de onzekerheid over het motief voor een appendectomie in deze studie leveren slechts verkennende gegevens op die verder onderzocht moeten worden teneinde de klinische kenmerken die tot appendectomie leiden nauwkeuriger te kunnen bepalen.

Deze methodologisch correct uitgevoerde pragmatische open-label cluster-gerandomiseerde gecontroleerde studie in Nederlandse woonzorgcentra toont aan dat het voorhanden hebben van een CRP-sneltest bij klinisch vermoeden van een acute lage luchtweginfectie bij bewoners het aantal antibioticavoorschriften sterk kan reduceren in vergelijking met gebruikelijke zorg. Er kon geen nadeel op vlak van herstel, hospitalisatie of mortaliteit aangetoond worden.

Deze systematische review concludeert dat het bestaande bewijs erop wijst dat bij ernstig astma macroliden in vergelijking met placebo een effect hebben op het aantal exacerbaties met nood aan hospitalisatie. Macroliden verminderen waarschijnlijk ernstige exacerbaties en mogelijk ook de symptomen. Andere voor- of nadelen kunnen echter niet worden uitgesloten omdat het bewijs van zeer lage kwaliteit is als gevolg van de heterogeniteit op vlak van patiënten en interventies, de onnauwkeurigheid en de rapporteringsbias. De resultaten waren voornamelijk afkomstig van één goed opgezette RCT met voldoende power. Het laatste besluit van Minerva, gepubliceerd in 2018 moet op basis van deze studie dus niet veranderen: “de clinicus [zou] dit type behandeling moeten voorbehouden – na de andere alternatieven te hebben afgewogen – voor patiënten met symptomatisch astma ondanks behandeling met inhalatiecorticosteroïden en langwerkende bèta-2-mimetica en bij wie een poging met tiotropium geen uitweg gaf”.

Deze dubbelblinde gerandomiseerde placebogecontroleerde studie van goede methodologische kwaliteit toont aan dat het geven van amoxicilline 50 mg/kg 3 dag driemaal per dag gedurende een periode van 7 dagen bij kinderen met een ongecompliceerde lage luchtweginfectie niet leidt tot een vermindering in duur van matig erge symptomen. Evenmin was er een klinisch relevante winst in de ernst van de symptomen. De studie had onvoldoende power om een verschil in ongewenste effecten vast te stellen.

Deze systematische review en meta-analyse van goede methodologische kwaliteit toont het gebrek aan werkzaamheid van azithromycine in de behandeling van covid-19, met hoog niveau van bewijs voor gehospitaliseerde patiënten dan voor ambulante patiënten. Deze conclusies zijn echter nog voorwaardelijk: het aantal studies waarop de review zich baseert (11 RCT's) is veel kleiner dan het aantal geïdentificeerde lopende of nog niet gepubliceerde voltooide studies (34 RCT's). De meta-analyse wijst ook op het vrijwel ontbreken van klinisch onderzoek naar de werkzaamheid van andere antibiotica dan azitromycine in de behandeling van covid-19 of naar het profylactisch gebruik van antibiotica om covid-19 te voorkomen.

Nut van biomarkers bij de diagnostiek van een ambulante pneumonie

Claus B. , Van Braeckel E.

Minerva 15 03 2021


Deze systematische review en meta-analyse van prospectieve cohortstudies van goede tot matige kwaliteit, waarbij de diagnostische waarde van verschillende biomarkers vergeleken wordt met RX- of CT-thorax bij patiënten met symptomen van een acute luchtweginfectie en/of vermoeden van pneumonie, toont aan dat de diagnostische waarde van een CRP <20 mg/l groter lijkt te zijn dan deze van PCT of leukocytose om een pneumonie uit te sluiten. De resultaten van deze systematische review en meta-analyse wijzigen de huidige richtlijnen niet.

Deze methodologisch correct uitgevoerde multicenter open-label gerandomiseerde gecontroleerde studie met COPD-patiënten die de huisarts consulteren wegens een acute COPD-exacerbatie toont aan dat er minder antibiotica voorgeschreven en gebruikt worden wanneer op basis van het resultaat van een CRP-sneltest beslist wordt om al dan niet antibiotica voor te schrijven. Deze reductie in antibioticaconsumptie gaat niet gepaard met een daling van de COPD-gerelateerde gezondheidsstatus.

Deze methodologisch correct uitgevoerde substudie van de CAPITA-studie toont met voldoende power aan dat het PVC13-vaccin toegediend aan gezonde 65-plussers geen effect heeft tegen pneumonie, lage luchtweginfecties en op antibioticagebruik in de eerste lijn.

De auteurs besluiten dat bij een geselecteerde groep van COPD-patiënten die voor een ernstige exacerbatie in het ziekenhuis zijn opgenomen, een kleine dosis azithromycine gedurende 3 maanden, het risico op therapiefalen kan verminderen. Deze studie was methodologisch correct maar kon geen statistisch significante resultaten aantonen. De werkhypothese die de auteurs wilden vooropstellen, voor patiënten die met een acute COPD-exacerbatie in het ziekenhuis opgenomen moeten worden, is nochtans klinisch belangrijk genoeg om een gelijkaardige studie met meer power in het vooruitzicht te plaatsen.

Deze kwalitatieve studie toont aan dat het voorschrijven van antibiotica multifactorieel beïnvloed wordt. De arts-patiëntrelatie staat hierbij centraal. Artsen die samen met de patiënt beslissen om geen antibiotica voor te schrijven, houden tijdens de communicatie rekening met de verwachtingen van de patiënt. Zowel binnen als buiten de praktijk hebben artsen nood aan ondersteuning bij een rationeel antibioticabeleid.

De auteurs besluiten dat het aantal recidieven na 5 jaar 39,1% bedraagt bij patiënten die voor een ongecompliceerde appendicitis initieel behandeld zijn met een antibioticatherapie. Deze opvolging op lange termijn opent perspectieven om antibioticatherapie als enige behandeling en alternatief voor chirurgie aan te bieden aan volwassenen met een acute ongecompliceerde appendicitis.

De interimresultaten van deze methodologisch correct uitgevoerde multicenter, open label, gerandomiseerde studie tonen aan dat een behandeling met enzalutamide in combinatie met androgeendeprivatietherapie de overleving statistisch significant doet toenemen bij patiënten met metastatische hormoongevoelige prostaatkanker in vergelijking met anti-androgenen van de eerste generatie + androgeendeprivatietherapie.

Wat is de plaats van oraal isotretinoïne in de behandeling van acne vulgaris?

Coussens E.

Minerva 2019 Vol 18 nummer 10 pagina 113 - 117


Deze systematische review toont aan dat er geen verschil bestaat tussen gemiddeld 20 weken behandeling met oraal isotretinoïne versus antibiotica gecombineerd met een topische behandeling voor de vermindering van inflammatoire letsels bij patiënten met matige tot ernstige acne. Daarnaast zag men meer verbetering van de ernst van acne met een hoge continue dosis in vergelijking met een lage of intermittente dosis isotretinoïne. Door het beperkte aantal gegevens, de methodologische tekortkomingen en de korte follow-up van de geïncludeerde RCT’s zijn deze besluiten echter onzeker. Toevoeging van observationele studies leidde niet tot een definitieve conclusie over het verband tussen isotretinoïne en het optreden van ernstige ongewenste effecten zoals psychiatrische stoornissen of inflammatoir darmlijden. Er is nood aan methodologisch correct opgezette studies met meer patiënten die lijden aan matig-ernstige tot ernstige acne en waarbij de effectiviteit en de veiligheid van isotretinoïne met gestandaardiseerde uitkomstmaten gedurende een lange follow-up opgevolgd wordt.

Deze methodologisch goed uitgevoerde systematische review met meta-analyses van de Cochrane Collaboration stoelt op matige en hoge kwaliteit van bewijs en toont een gunstige en significante impact van continue of intermittente antibioticaprofylaxe op de incidentie van COPD-exacerbaties bij patiënten ouder dan 65 jaar met matige tot ernstige COPD en frequente exacerbaties. Het risico van antimicrobiële resistentie moet verder worden onderzocht. Op basis van deze studie blijkt de impact op de kwaliteit van leven klinisch niet relevant.

Uit deze clustergerandomiseerde gecontroleerde studie kunnen we besluiten dat online feedback op het antibioticavoorschrijfgedrag van een praktijk gecombineerd met een beslissingsondersteuningstool in het elektronisch medisch dossier (EMD) het voorschrijven van antibiotica vermindert bij volwassenen, maar niet bij kinderen of ouderen, met een acute luchtweginfectie. De grootte van het effect is echter ondermaats en vraagt om verder onderzoek.

Uit deze Cochrane systematische review kunnen we besluiten dat de winst van antibiotica voor de behandeling van een acute COPD-exacerbatie bij ambulante patiënten klein en onzeker is.

Deze RCT toont een meerwaarde aan op korte termijn van het voorschrijven van clindamycine of TMP/SMX op vlak van het percentage genezen patiënten met een niet-gecompliceerd huidabces met Staphylococcus aureus, zowel bij volwassenen als bij kinderen. Met dit besluit moeten we echter voorzichtig zijn wegens de methodologische tekortkomingen van de studie en de mogelijke belangenvermenging.

Uit deze update van een systematische review van de Cochrane Collaboration kunnen we besluiten dat het uitgesteld antibioticumvoorschrift een aanvaardbare strategie blijft om het antibioticumgebruik bij acute ongecompliceerde luchtweginfecties te beperken.

In deze studie met voldoende power en een follow-up van 1 jaar verminderde de toevoeging van azithromycine 500 mg 3x/week het aantal exacerbaties bij patiënten met symptomatisch astma ondanks behandeling met inhalatiecorticosteroïden en langwerkende bèta-2-mimetica. De verbetering van de kwaliteit van leven was alleen klinisch relevant op het domein van de symptomen en niet op de 3 andere domeinen van het gebruikte meetinstrument. Het gebruik van LOCF (last observation carried forward) is een zwakte in deze studie en vraagt om een voorzichtige interpretatie van de resultaten.

Is een procalcitonine-gestuurd antibioticabeleid veilig?

Verbakel J.Y.

Minerva 2018 Vol 17 nummer 8 pagina 103 - 106


Deze systematische review en meta-analyse op basis van individuele patiëntengegevens toont weinig overtuigend aan dat een procalcitonine-gestuurd antibioticumbeleid leidt tot een daling van de mortaliteit en een afname van de blootstelling aan antibiotica in verschillende settings en voor verschillende types van infectie. Verder onderzoek naar de klinische relevantie van procalcitonine in de eerste lijn voor de diagnose en het antibioticabeleid bij acute luchtweginfecties is noodzakelijk.

Nut van antibioticumprofylaxe bij patiënten met recidiverende cellulitis?

Chevalier P.

Minerva 2018 Vol 17 nummer 7 pagina 89 - 92


Deze systematische review toont het nut aan van een profylactische antibioticumbehandeling (vooral penicilline V aan een geringe dosis van 2 x 400 000 IE per dag) gedurende hoogstens 18 maanden voor de preventie van recidiverende cellulitis van de onderste ledematen bij volwassenen met minstens 2 episodes van recidiverende cellulitis. Het voordeel verdwijnt bij de stopzetting van de preventieve behandeling. Verder onderzoek is nodig in studies in de ambulante praktijk, met een langere interventieduur en met specifieke aandacht voor antibioticaresistentie.

Deze prospectieve cohortstudie toont met voldoende power aan dat het onmiddellijk voorschrijven van antibiotica voor klachten van ongecompliceerde lage luchtweginfectie niet leidt tot een daling van het risico van zeldzame complicaties zoals hospitalisatie of sterfte.

Deze RCT van goede methodologische kwaliteit toont aan dat een observationele behandeling niet inferieur is aan een antibioticumbehandeling bij patiënten met primaire, acute, ongecompliceerde, linkszijdige diverticulitis.

Deze systematische review vond twee RCT’s die aantonen dat het meegeven van geschreven informatie aan de ouders van kinderen met een bovenste luchtweginfectie kan bijdragen aan een verminderd voorschrijven van antibiotica.

Hoelang antibiotica toedienen bij kinderen van 6 tot 23 maanden met acute otitis media?

Chevalier P.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 7 pagina 167 - 171


Deze RCT van goede methodologische kwaliteit toont aan dat bij kinderen van 2 tot 23 maanden met acute otitis media en die al gevaccineerd waren met het geconjugeerd pneumokokkenvaccin, een behandeling met amoxicilline + clavulaanzuur (een veel kleinere dosis clavulaanzuur dan de gebruikte dosis in België) van 5 dagen niet inferieur is aan een behandeling van 10 dagen behandeling op het vlak van therapiefalen en symptoomscore en dat er geen verschil is in ongewenste effecten en ontwikkeling van penicillineresistente kiemen.

Voorkomt men acute luchtweginfecties met vitamine D-supplementen?

Laekeman G.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 6 pagina 154 - 157


Deze systematische review en meta-analyse op basis van individuele patiëntgegevens toont aan dat vitamine D-supplementen acute luchtweginfecties kunnen voorkomen. Patiënten met ernstige vitamine D-deficiëntie en patiënten die een dagelijkse of wekelijkse dosis krijgen zonder bolusdosis, blijken het grootste voordeel te hebben. Over de grootte van het effect in andere subgroepen kunnen we op basis van deze studie geen uitspraken doen.

De belangrijkste beperking van deze meta-analyse is de spreiding van de studies in de tijd. De resultaten tonen het met de tijd toenemende nut aan van antibiotica versus vroegtijdige appendectomie bij patiënten met acute, ongecompliceerde appendicitis. De antibioticumbehandeling leidt vooral tot minder complicaties, maar niet tot een kortere hospitalisatieduur. De incidentie van gecompliceerde appendicitis is niet hoger bij patiënten die een appendectomie ondergaan na therapiefalen met antibiotica dan bij patiënten die onmiddellijk een appendectomie ondergaan.

Een klinisch algoritme voor de diagnostiek van urineweginfecties bij jonge kinderen?

Jouret F.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 5 pagina 119 - 122


De DUTY-studie is een diagnostische, prospectieve multicenter cohortstudie bij 7 163 kinderen jonger dan 5 jaar die zich aanbieden in de eerste lijn met een acute verslechtering van hun gezondheidstoestand. Op basis van een nauwgezette en adequate analyse bevelen de auteurs aan om bij kinderen ouder dan 2 jaar een urinestaal via midstream te laten onderzoeken indien 3 van de 5 volgende symptomen of tekenen aanwezig zijn: voorgeschiedenis van urineweginfecties, slecht ruikende urine, pijn bij het plassen, klinische indruk van ernstige ziekte en afwezigheid van ernstige hoest. De sensitiviteit van deze aanpak bedraagt 51,7%. De dipstick heeft geen supplementaire diagnostische waarde en is economisch niet verantwoord. Voor kinderen jonger dan 2 jaar bij wie een urinestaal alleen mogelijk is via de luier, laten de gegevens van deze studie niet toe om een onderscheid te maken tussen de kosteneffectiviteit van het algoritme en het klinisch oordeel, met of zonder dipstick.

Deze RCT is methodologisch correct opgezet en toont aan dat een langer durende behandeling met antibiotica geen effect heeft op gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven bij patiënten met aanhoudende klachten (mediaan 2 tot 3 jaar) gerelateerd aan de ziekte van Lyme waarvoor ze initieel de aanbevolen behandeling met antibiotica hadden gekregen.

Antibiotica voor otitis media met effusie bij kinderen

Dhooge I. , Sintobin I.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 4 pagina 88 - 91


Uit deze correct uitgevoerde systematische review kunnen we besluiten dat het gebruik van antibiotica bij kinderen met otitis media met effusie (OME) gepaard gaat met een grotere kans op complete resolutie. Dit gaat echter ten koste van een groter risico op ongewenste effecten zoals diarree, braken en huiduitslag. Daarnaast kan deze winst zich niet vertalen in een verbetering van gehoor, taal- en spraakontwikkeling en cognitieve ontwikkeling. Ook de plaatsing van trommelvliesbuisjes lijkt met het gebruik van antibiotica niet af te nemen.

Antibiotica voor de behandeling van chronische rhinosinusitis?

Sculier J.P.

Minerva 2017 Vol 16 nummer 3 pagina 61 - 64


De hier besproken systematische review van de Cochrane Collaboration is goed opgezet maar includeert zeer heterogene studies met geringe tot matige methodologische kwaliteit. De resultaten van deze review brengen geen bewijs aan voor de therapeutische werkzaamheid van antibiotica voor de behandeling van chronische rhinosinusitis met of zonder neuspoliepen.

Ibuprofen als alternatief voor antibiotica bij urineweginfecties?

Heytens S. , Christiaens T.

Minerva 2016 Vol 15 nummer 10 pagina 258 - 261


Deze studie toont aan dat ibuprofen het gebruik van antibiotica kan beperken bij volwassen vrouwen met milde tot matige symptomen van een ongecompliceerde urineweginfectie. Dit voordeel moet afgewogen worden tegen een hogere symptoomlast. Het verschil in gemiddelde duur van de symptomen is echter beperkt tot één dag. De veiligheid van deze aanpak moet nog verder onderzocht worden.

De richtlijn van EBMPracticeNet stelt zonder verder te preciseren voor om de patiënten met chronische rhinosinusitis te identificeren en diegenen te selecteren die door een KNO-arts behandeld moeten worden. Op basis van de resultaten van de hier besproken studie lijkt het belangrijk om patiënten met chronische rhinosinusitis te onderzoeken op de al dan niet aanwezigheid van neuspoliepen. Voor chronische rhinosinusitis met of zonder neuspoliepen worden als eerste stap intranasale corticosteroïden en neusspoelingen met 0,9% zoutoplossing aanbevolen (hoog niveau van aanbeveling). Als tweede stap worden leukotrieenreceptorantagonisten, orale corticosteroïden en macroliden vaak alleen voorgesteld na een precieze diagnose en/of na een KNO-advies. Omdat al deze behandelingen onderhevig zijn aan ongewenste effecten, dient de balans tussen de voordelen en de risico’s altijd besproken te worden met de patiënt.

Deze cluster-gerandomiseerde RCT toont aan dat het gebruik van antibiotica bij acute respiratoire aandoeningen kan verminderen door de huisarts te verplichten om een verantwoording voor het voorschrijven van antibiotica in het EMD te noteren en door het voorschrijfgedrag van de huisarts voor antibiotica via e-mail te vergelijken met dat van zijn collega’s. Beslissingsondersteuning in verband met het voorschrijven van antibiotica via het EMD bleek in deze studie geen effect te hebben.

Deze kwalitatieve studie toont aan dat er een belangrijke kloof bestaat tussen wat ouders weten over en verwachten van een behandeling voor acute otitis media bij hun kinderen en wat de richtlijnen hiervoor aanbevelen. Deze studie onderstreept daarom het belang van het exploreren en bespreekbaar maken van ideeën, bezorgdheden en verwachtingen van ouders in verband met de behandeling van acute otitis media bij hun kinderen.

Deze update van de systematische review van de Cochrane Collaboration over het nut van antibiotica bij kinderen met acute otitis media bevestigt de besluiten van vroegere besprekingen van Minerva over dit onderwerp. In vergelijking met placebo beperkt het voordeel van antibiotica zich tot een vermindering in duur van de oorpijn en dat ten koste van de ongewenste effecten. Bij een voorwaardelijk uitgestelde antibioticumbehandeling zijn antibiotica even effectief, maar treden er minder ongewenste effecten op dan bij een onmiddellijke antibioticumbehandeling. Mogelijk hebben kinderen jonger dan 2 jaar met een bilaterale acute otitis media en kinderen met een acute otitis media met otorree meer baat bij een antibioticumbehandeling.

Deze goed uitgevoerde systematische review en netwerk meta-analyse stelt het nut van de standaard triple therapie in vraag. In afwachting van nog meer regionaal uitgevoerde onderzoeken die rekening houden met lokale resistenties, is een korte quadriple (concomitante) therapie een goed alternatief voor de klassieke triple therapie.

Deze correct uitgevoerde en uitgebreide kwalitatieve studie toont aan dat het frequent consulteren van de huisarts en het te veel voorschrijven van antibiotica bij kinderen met luchtweginfecties vaak te maken hebben met niet-medische factoren, zoals kwetsbaarheid, veiligheid, ervaring en sociaal wenselijk gedrag.

Antibiotica voor acute pyelonefritis bij kinderen

Jouret F.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 9 pagina 105 - 106


Deze meta-analyse is goed uitgevoerd maar includeert zeer heterogene studies met veel risico’s van bias en toont geen belangrijke verschillen aan in werkzaamheid en veiligheid tussen de antibiotica onderling, verschillende toedieningsvormen en doses en duur voor de behandeling van acute pyelonefritis bij kinderen. Orale antibiotica zijn gebruiksvriendelijker en goedkoper. In overeenstemming met de aanbevelingen voor goede praktijkvoering verdient een orale antibioticakuur van 7 tot 14 dagen de voorkeur voor de behandeling van ongecompliceerde, acute pyelonefritis bij kinderen ouder dan 1 maand. Extrapolatie van deze resultaten naar jongere kinderen of naar kinderen met ernstige vesico-ureterale reflux is niet mogelijk.

Clindamycine en co-trimoxazol: even effectief voor ongecompliceerde huidinfecties?

Chevalier P.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 9 pagina 113 - 114


Deze RCT van goede methodologische kwaliteit toont aan dat clindamycine en co-trimoxazol op het vlak van werkzaamheid en veiligheid nuttig kunnen zijn voor de behandeling van ongecompliceerde huidinfecties bij een selecte groep kinderen en volwassenen. De prevalentie van MRSA was zeer hoog en er is niet vergeleken met andere antibiotica.

Zijn antibiotica nuttig bij asymptomatische bacteriurie?

Heytens S. , Christiaens T.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 8 pagina 96 - 97


Deze systematische review en meta-analyse van heterogene studies, voornamelijk uitgevoerd bij oudere patiënten, kon geen klinisch verschil aantonen tussen een antibiotische behandeling en placebo of geen behandeling van asymptomatische bacteriurie. Er was wel een betere bacteriële eradicatie ten koste van significant meer ongewenste effecten.

Is er plaats voor antibiotica bij acute bronchitis?

Valentin S. , Leconte S.

Minerva 15 09 2015


De auteurs van deze meta-analyse van goede methodologische kwaliteit besluiten dat antibiotica een matig, maar beperkt klinisch relevant effect hebben op de evolutie van hoest (behalve bij kinderen van 3 jaar en jonger). De resultaten bevestigen dat antibiotica niet aangewezen zijn voor acute bronchitis en stellen de actuele Belgische aanbevelingen niet in vraag.

Dit kwalitatief onderzoek komt tot zeer herkenbare bevindingen, namelijk dat eerstelijnsclinici het eens zijn met de richtlijnen om bij acute bronchitis geen antibiotica voor te schrijven en dat eerstelijnsclinici de vraag van de patiënt als belangrijkste drempel ervaren om de richtlijn te volgen. Volgens sommige artsen neemt deze vraag wel af. Veel van de voorgestelde oplossingen zijn door anderen te realiseren (bv. triage, feedback, beslishulp), maar toch zijn het de clinici zelf die voorschrijven en dus integraal deel moeten uitmaken van een oplossing om antibiotica alleen voor te schrijven als het moet (zie www.gebruikantibioticacorrect.be).

Welk antibioticum kiezen voor de behandeling van een acute cystitis?

Heytens S. , Christiaens T.

Minerva 15 05 2015


Deze netwerk meta-analyse toont aan dat nitrofurantoïne niet minder effectief is dan ciprofloxacine voor de behandeling van ongecompliceerde cystitis bij vrouwen in de eerste lijn. De huidige BAPCOC-richtlijn blijft dus geldig.

Heeft het uitgesteld antibioticumvoorschrift bij luchtweginfecties een plaats in de eerste lijn?

Matthys J. , De Meyere M.

Minerva 2015 Vol 14 nummer 4 pagina 46 - 47


Uit deze pragmatische studie kunnen we besluiten dat zowel het niet voorschrijven van antibiotica als verschillende methodes van uitgesteld antibioticumvoorschrift bij acute luchtweginfecties statistisch niet significant leiden tot verschillen in ernst en duur van de symptomen, aantal ingenomen antibiotica en patiënttevredenheid. Ook een post-hoc vergelijking met een niet-gerandomiseerde groep patiënten die onmiddellijk antibiotica voorgeschreven kreeg toonde geen verschil aan in evolutie van de symptomen.

Op basis van deze RCT kunnen we besluiten dat er geen significant verschil is in klinische en biochemische uitkomstmaten tussen een ambulante antibioticakuur met amoxicilline van 5 dagen en een kuur van 10 dagen voor kinderen met een bacteriële pneumonie opgelopen buiten het ziekenhuis.

Preventief antibiotica toedienen om infecties te vermijden bij brandwonden?

Crismer A.

Minerva 2014 Vol 13 nummer 7 pagina 82 - 83


Deze systematische review van studies met merendeels een hoog risico van bias, brengt geen bewijs aan dat antibiotica nuttig zijn voor de preventie van infecties bij brandwonden en toont aan dat zilversulfadiazine het risico van infecties zelfs kan verhogen.

Behandeling van bacteriële of allergische conjunctivitis

Chevalier P.

Minerva 2014 Vol 13 nummer 7 pagina 84 - 85


Deze review zonder meta-analyse bevat zeer veel methodologische beperkingen en voegt geen enkel nieuwe element toe aan de huidige aanbevelingen, noch voor infectieuze conjunctivitis, noch voor allergische conjunctivitis.

Bronchiëctasieën: continu behandelen met azitromycine?

La rédaction Minerva

Minerva 15 04 2014


Deze RCT met een beperkt aantal patiënten toont aan dat de dagelijkse toediening van azithromycine in vergelijking met placebo nuttig kan zijn bij volwassenen met bronchiëctasieën (niet gerelateerd aan mucoviscidose) en recidiverende respiratoire infecties. Deze behandeling vermindert het aantal infecties, maar de klinische relevantie van de gunstige resultaten op de longfunctie is niet aangetoond en de microbiële resistentie neemt sterk toe.

Wanneer zijn antibiotica gewenst bij een acute exacerbatie van COPD?

De Meyere M. , De Sutter A.

Minerva 2014 Vol 13 nummer 2 pagina 19 - 20


Deze meta-analyse van goede methodologische kwaliteit besluit dat de momenteel gebruikte antibiotica (amoxicilline-clavulaanzuur, co-trimoxazol, doxycycline, penicilline) als behandeling van een acute exacerbatie van COPD in de eerste lijn, geen statistisch significant effect hebben op het klinische verloop van de opstoot.

Dit observationeel onderzoek includeert ongeveer 33 000 mannen met een episode van lage urineweginfecties. In vergelijking met een kortdurende behandeling, neemt bij een 7 dagen durende antibioticabehandeling het aantal recidieven niet af, noch binnen de 30 dagen, noch na 30 dagen. Het aantal recidieven na 30 dagen neemt echter toe en misschien ook het aantal Clostridium difficile-infecties. Deze resultaten vragen om bevestiging in een RCT.

Deze meta-analyse toont een mogelijk gunstig effect aan van probiotica voor de preventie van diarree door Clostridium difficile na toediening van antibiotica. De werkelijke klinische impact van deze behandelingsoptie is nog niet duidelijk. Er is nog onvoldoende bewijs om aan patiënten in de eerste lijn systematisch probiotica aan te bevelen bij inname van antibiotica.

Ongecompliceerde diverticulitis: al dan niet antibiotica?

La rédaction Minerva

Minerva 15 09 2013


Deze systematische review zonder meta-analyse vond slechts 3 RCT’s die het nut onderzochten van antibiotica bij patiënten met ongecompliceerde diverticulitis. Er is geen verschil vastgesteld tussen de verschillende schema’s van antibioticatoediening (verschillend antibioticum, kortere of langere duur van de intraveneuze toediening). Ook tussen antibiotica en geen antibiotica konden de auteurs geen verschillen vaststellen. We wachten op de resultaten van lopend onderzoek vooraleer hierover besluiten te formuleren.

Exacerbaties van COPD: altijd een antibioticum?

La rédaction Minerva

Minerva 15 09 2013


Deze RCT heeft een aantal methodologische beperkingen en brengt dus geen onderbouwing aan voor het systematisch voorschrijven van antibiotica voor iedere niet-ernstige exacerbatie van COPD in de ambulante praktijk. Op basis van consensus van experten en niet op basis van de literatuur is een antibioticumvoorschrift te overwegen bij zeer zieke patiënten, bij verslechtering van de klinische toestand ondanks een maximale toepassing van de vorige stappen beschreven in de richtlijn voor goed gebruik van antibiotica, of wanneer na 4 dagen geen verbetering optreedt, ondanks maximale bronchodilatatie en orale glucocorticoïden.

Deze studie toont aan dat amoxicilline geen gunstig effect heeft op de duur en de ernst van symptomen van een ongecompliceerde lage luchtweginfectie (niet pneumonie) bij gezonde 60-plussers. Bovendien zien we een grotere kans op ongewenste effecten zoals nausea, huiduitslag of diarree. Dit resultaat ondersteunt de Belgische antibioticagids voor wat betreft acute lage luchtweginfecties bij volwassenen.

Huisartsen trainen in shared decision-making vermindert het antibioticumgebruik

Adriaenssens N.

Minerva 2013 Vol 12 nummer 4 pagina 47 - 48


Uit deze clustergerandomiseerde studie met negen opleidingspraktijken kunnen we besluiten dat een trainingsprogramma voor huisartsen over shared decision-making bestaande uit een online module en een interactieve workshop helpt om de keuze van patiënten voor antibiotica in de behandeling van acute luchtweginfecties op korte termijn te doen afnemen zonder negatieve invloed op het welzijn van de patiënt.

Er is op dit moment geen evidentie om bij de gemiddelde patiënt met rhinosinusitisklachten antibiotica voor te schrijven bovenop een symptomatische behandeling. Uitzondering hierop zijn ernstig zieke of immuungecomprommiteerde patiënten aangezien hun aandeel in de huidige klinische studies te beperkt was.

Niet of uitgesteld voorschrijven van antibiotica is effectief om het antibioticagebruik voor luchtweginfecties bij kinderen te optimaliseren. Samen met geschreven informatie (die ook de kinderen zelf aanspreekt) zou dit het consultatiegedrag kunnen verbeteren.

Acute appendicitis: antibiotica of appendectomie?

Chevalier P.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 8 pagina 93 - 94


Deze meta-analyse toont aan dat een behandeling met antibiotica (intraveneus in drie van de vier studies) toelaat om binnen het jaar een appendectomie te vermijden bij 63% van de volwassenen met ongecompliceerde, acute appendicitis, met een kleiner aantal complicaties naargelang de gebruikte uitkomstmaten in deze meta-analyse.

Geen antibiotica bij ongecompliceerde diverticulitis?

Chevalier P.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 5 pagina 54 - 55


De auteurs van deze studie konden niet aantonen dat bij gehospitaliseerde patiënten met ongecompliceerde diverticulitis, antibiotica een voordeel hebben op het vlak van complicaties op korte en middellange termijn en van recidieven binnen het jaar. Dit is de eerste RCT over de behandeling van diverticulitis met antibiotica. De studie had echter onvoldoende power.

Acute conjunctivitis in de eerste lijn: geen antibioticum?

Chevalier P.

Minerva 2012 Vol 11 nummer 2 pagina 21 - 22


De resultaten van deze meta-analyse tonen aan dat een lokaal antibioticum in vergelijking met placebo geen nut heeft voor de behandeling van een acute, infectieuze conjunctivitis (minder dan vier weken) in de eerste lijn. Alleen bij purulente afscheiding en lichte roodheid van het oog is er een statistisch significant verschil, maar de klinische relevantie hiervan is twijfelachtig. Ook in vergelijking met geen behandeling zien we een geringe winst met antibiotica. Kunsttranen (placebo) hebben ongetwijfeld een effect.

Antibiotica bij bronchiolitis?

Chevalier P.

Minerva 28 02 2012


Op basis van deze Cochrane review is er geen betrouwbaar bewijs dat antibiotica nuttig zijn voor de behandeling van bronchiolitis.

Deze meta-analyse toont aan dat orale of topische corticosteroïden (in monotherapie of in associatie met een antibioticum) na één maand geen effect hebben op gehoorverlies en andere symptomen van OME.

Is gekleurd sputum een reden om antibiotica voor te schrijven?

Poelman T.

Minerva 2011 Vol 10 nummer 10 pagina 121 - 122


Deze observationele studie toont aan dat het voorschrijven van antibiotica bij volwassen patiënten met acute hoest of vermoeden van lage luchtweginfectie en met gekleurd sputum en algemeen ziektegevoel, niet geassocieerd is met een snellere genezing.

De resultaten van deze meta-analyse tonen geen duidelijk voordeel aan van een langdurige profylactische antibioticumbehandeling voor de preventie van recidiverende urineweginfecties bij kinderen. Op basis van de individuele gegevens van de grootste studies is er geen enkel voordeel aangetoond zowel bij kinderen met als zonder VUR. In het geval van VUR graad V volstaan de gegevens niet om conclusies te trekken.

Huidabces en co-trimoxazol en MRSA buiten de zorginstellingen

Chevalier P. , Costers M.

Minerva 28 05 2011


De resultaten van deze nieuwe RCT brengen onvoldoende wetenschappelijke onderbouwing aan voor het nut van antibiotica na incisie en drainage van een huidabces, zelfs als dit veroorzaakt is door CA-MRSA.

De Amerikaanse studie van Hoberman et al. bij kinderen van 6 tot 23 maanden toont aan dat er een significant voordeel is van AC versus placebo voor de behandeling van acute otitis media gediagnosticeerd door een ervaren otoscopist. Men stelde een gunstige evolutie vast van het otoscopische beeld maar niet van de symptomen. De Finse studie van Tähtinen et al. bij kinderen van 6 tot 35 maanden toont een significant voordeel aan van AC voor de behandeling van acute otitis media, op basis van een strikte diagnose. De winst bestaat uit minder therapiefalen zowel symptomatisch als otoscopisch.

Fosfomycine voor de behandeling van cystitis?

Chevalier P.

Minerva 2011 Vol 10 nummer 3 pagina 28 - 29


De heterogeniteit van de studies in deze meta-analyse is te groot om algemene conclusies te kunnen trekken over de behandeling van cystitis. De resultaten wijzen op een mogelijk belang van fosfomycine in vergelijking met andere antibiotica of urinaire antiseptica bij niet-zwangere vrouwen, maar zonder een meerwaarde aan te tonen. Voor kinderen, zwangere vrouwen en ouderen volstaan de gegevens niet om conclusies te kunnen trekken.

Deze meta-analyse brengt geen argumenten aan om de huidige aanbeveling waarbij men aanraadt om bij kinderen met OMA indien nodig amoxicilline gedurende vijf tot zeven dagen toe te dienen, in vraag te stellen.

Informeren in plaats van voorschrijven?

Laekeman G.

Minerva 28 01 2011


Deze studie toont aan dat duidelijk instructief geschreven patiëntenmateriaal het aantal antibioticumvoorschriften kan halveren bij kinderen met vermoeden van een bovenste luchtweginfectie. Het gaat hierbij wel om een secundaire uitkomstmaat. Een significant effect op het aantal herconsultaties (primaire uitkomstmaat) kon niet aangetoond worden.

Vijf verschillende beleidsopties voor de behandeling van urineweginfecties bij vrouwen

Christiaens T. , Heytens S.

Minerva 2010 Vol 9 nummer 10 pagina 116 - 117


Deze studie toont aan dat bij vrouwen met vermoeden van een urineweginfectie, een uitgesteld antibioticumvoorschrift of het starten van antibiotica op geleide van een klinisch algoritme, een teststrookje of een kweekresultaat, in vergelijking met de onmiddellijke toediening van antibiotica, geen negatieve invloed heeft op de ernst en de duur van de klachten na vier dagen. Een uitgesteld antibioticumvoorschrift, al dan niet voorafgegaan door het gebruik van een teststrookje, doet het gebruik van antibiotica dalen.

De resultaten van deze meta-analyse bevestigen dat er geen bewijs is dat een profylactische antibioticabehandeling effectief is voor de preventie van recidiverende urineweginfecties bij kinderen. Zelfs in het geval van vesico-ureterale reflux is er geen bewijs, maar het was niet mogelijk de resultaten te analyseren in functie van de verschillende graden (graden IV en V geven een hoger risico van recidief).

Co-trimoxazol voor de preventie van urineweginfecties bij voorbeschikte kinderen

Godefroid N.

Minerva 2010 Vol 9 nummer 6 pagina 62 - 63


De resultaten van deze studie tonen aan dat een profylactische behandeling met trimethoprim/sulfametoxazol gedurende twaalf maanden, een (bescheiden) voordeel biedt voor de preventie van recidieven bij kinderen met een symptomatische urineweginfectie. Omwille van het tekort aan power kon geen effect aangetoond worden op de progressie van parenchymbeschadiging en evenmin een significant verschil in klinisch effect tussen de subgroepen van de studie.

Deze studie toont aan dat bij een klinisch vermoeden van een onderste luchtweginfectie zowel het bepalen van CRP als een verbeterde communicatie het aantal antibioticavoorschriften kan doen dalen zonder de veiligheid van de patiënt in gevaar te brengen. Beide interventies vragen een beperkte opleiding en hebben geen effect op de duur van de consultaties. Een veldonderzoek met meer artsen en meer patiënten zou dit gunstige resultaat kunnen bekrachtigen.

Huidabces bij kinderen: antibiotica toedienen na incisie en drainage?

Semaille P.

Minerva 2010 Vol 9 nummer 5 pagina 56 - 57


Omwille van de methodologische beperkingen kan deze studie niet echt aantonen dat antibiotica niet nodig zijn na incisie en drainage van een huidabces bij kinderen. De huidige aanbevelingen (7) blijven van toepassing: huidinfecties kan men ambulant chirurgisch draineren. Het nut van toevoeging van orale antibiotica is niet bewezen. Bij ernstige letsels, co-morbiditeit, leeftijd jonger dan zes maanden is doorverwijzing naar het ziekenhuis noodzakelijk.

Acute appendicitis: antibiotica een alternatief voor appendectomie?

Chevalier P.

Minerva 2010 Vol 9 nummer 1 pagina 2 - 3


De auteurs van deze studie stellen bij patiënten ouder dan 18 jaar het evenwaardige effect van een antibioticumtherapie (initieel intraveneus in het ziekenhuis, nadien oraal gedurende tien dagen) versus appendectomie in een zeer positief daglicht, met minder complicaties voor de antibioticumtherapie. De intention to treat analyse, die nauwkeuriger is omdat ze meer aansluit bij de dagelijkse praktijk, toont echter aan dat antibiotica vooral over een termijn van één jaar minder gunstig waren. In vroegere studies (van geringe methodologische kwaliteit) is met antibiotica geen duidelijk voordeel aangetoond tegenover de mogelijke risico’s. Appendectomie blijft dus de eerstekeuzebehandeling bij acute appendicitis.

Uitgesteld gebruik van antibiotica

Chevalier P.

Minerva 2009 Vol 8 nummer 7 pagina 89 - 89

Profylactische antibioticumbehandeling bij kinderen met vesico-ureterale reflux?

Godefroid N.

Minerva 2009 Vol 8 nummer 6 pagina 86 - 87


Net zoals andere studies toont deze kleine studie aan dat het niet zinvol is continue antibiotische profylaxe te starten bij kinderen van 1 dag tot 30 maanden oud met VUR graad II tot IV en één episode van pyelonefritis. Het risico van nierschade is kleiner dan aanvankelijk gedacht. Meer onderzoek is echter noodzakelijk om conclusies te kunnen trekken, vooral in het geval van VUR graad III of meer.

Helicobacter pylori-eradicatie: sequentiële of standaardtherapie?

Ferrant L.

Minerva 2009 Vol 8 nummer 4 pagina 42 - 43


Deze studie besluit dat bij patiënten die H. pylori-positief zijn en nog geen eradicatiebehandeling kregen, een sequentiële eradicatietherapie effectiever is dan een standaardtherapie. Voorlopig zijn er onvoldoende argumenten om in België bij deze patiëntengroep systematisch een sequentiële therapie te verkiezen boven de standaardtherapie.

Orale antibiotica en nasale corticosteroïden voor acute rhinosinusitis?

De Sutter A.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 7 pagina 98 - 99


Uit deze studie in de huisartspraktijk blijkt dat bij patiënten met klachten van acute rhinosinusitis, amoxicilline, intranasaal budesonide of de combinatie van beide niet effectiever zijn dan placebo. De bestaande richtlijnen blijven dus geldig: in dit stadium wordt enkel een symptomatische behandeling aanbevolen met paracetamol, decongestieve neusspray en inhalatie van warme vochtige dampen, zonder gebruik van antibiotica.

Probiotica ter preventie van acute diarree?

Van Winckel M.

Minerva 2007 Vol 6 nummer 4 pagina 57 - 59


Deze meta-analyse met zeer heterogene studies, hoofdzakelijk uitgevoerd in ‘health care facilities’, toont een gunstig effect van probiotica ter preventie van voornamelijk antibiotica-gerelateerde diarree en in mindere mate van andere vormen van acute diarree. Het effect is groter bij kinderen dan bij volwassenen. Ze beschermen niet tegen reizigersdiarree. Er zijn onvoldoende studies in de eerste lijn. Op basis hiervan zijn er onvoldoende argumenten om probiotica systematisch voor te schrijven ter preventie van acute diarree. Verder onderzoek met de meest beloftevolle probiotica in voldoende hoge dosering is dus aangewezen voordat het routinematige gebruik van probiotica bij een antibioticabehandeling kan aanbevolen worden.

Welke kinderen met OMA hebben baat bij antibiotica?

Chevalier P.

Minerva 2007 Vol 6 nummer 2 pagina 32 - 33


Deze meta-analyse toont aan dat antibiotica effectief zijn op vlak van pijn en koorts bij kinderen jonger dan twee jaar met een bilaterale otitis media acuta of bij kinderen van 0 tot 12 jaar met een OMA met otorree. Het is niet bewezen dat een behandeling met antibiotica (eerder zeldzame) complicaties kan voorkomen.

Fusidinezuur bij acute conjunctivitis

Chevalier P.

Minerva 2006 Vol 5 nummer 8 pagina 133 - 135


Deze studie bij volwassenen toont geen enkel voordeel van fusidinezuur vergeleken met placebo bij infectieuze (vermoe-delijk bacteriële) conjunctivitis. Het is niet mogelijk op basis van objectieve klinische tekens te weten of een conjunctivitis bacterieel of viraal is. Maar dit heeft geen gevolgen voor de behandeling, aangezien in geen enkele studie in de eerste lijn is aangetoond dat topische antibiotica zinvol zijn bij deze zelf-limiterende aandoening, of de infectie nu bacterieel is of niet.

Cystitisklachten maar negatieve dipstick: toch behandelen?

Christiaens T. , De Backer D.

Minerva 2006 Vol 5 nummer 6 pagina 97 - 99


Deze studie reikt argumenten aan om bij vrouwen met klinische verdenking op cystitis, maar negatieve dipstickresultaten toch een behandeling met trimethoprim te overwegen (in België alleen magistraal te verkrijgen: trimethoprim 300 mg pro gelula una, één per dag gedurende drie dagen). Dit betekent dat de aanbeveling cystitis, die aanraadt bij volledig negatieve dipstick (nog) niet te behandelen, moet worden aange-past. De pro’s en contra’s kunnen met de patiënte worden besproken.

Antibiotica bij acute lage luchtweginfecties: onmiddellijk, later of niet voorschrijven?

Coenen S. , van Driel M.

Minerva 2006 Vol 5 nummer 4 pagina 63 - 66


Deze studie in de huisartspraktijk toont aan dat bij patiënten met hoest en lage luchtwegklachten (onder andere koorts en gekleurd sputum), maar zonder pneumonie of chronische longaandoening, geen antibiotica geven of een uitgesteld voorschrift (dat de patiënt later kan afhalen) geen invloed heeft op de duur en de ernst van de symptomen.

Antibiotica tegen atypische kiemen bij pneumonie

Coenen S.

Minerva 2005 Vol 4 nummer 9 pagina 145 - 147


Deze meta-analyse toont aan dat &#946;-lactamantibiotica, met name amoxicilline, de eerste keuze zijn bij patiënten met niet-ernstige ‘community acquired’ pneumonie. Deze conclusies komen overeen met de Britse en Nederlandstalige richtlijnen voor de behandeling van volwassenen met ‘community acquired’ pneumonie.

Antibacteriële behandeling van acne

Chevalier P.

Minerva 2005 Vol 4 nummer 8 pagina 133 - 135


Deze enkelblinde studie toont aan dat de effectiviteit van benzoylperoxide 5% (al dan niet geassocieerd met lokaal erythromycine) voor lichte tot matige acne vergelijkbaar is met andere antibacteriële behandelingen. Dit is de eerste keuze van de WVVH-aanbeveling en tevens het goedkoopste product.

Behandeling van urineweginfecties bij oudere vrouwen: 3 versus 7 dagen

Christiaens T. , De Backer D.

Minerva 2005 Vol 4 nummer 7 pagina 106 - 107


Deze studie toont aan dat bij een geselecteerde populatie van oudere vrouwen met een ongecompliceerde urineweginfectie, een behandeling met ciprofloxacine (tweemaal 250 mg/dag) gedurende drie of zeven dagen even effectief is met betrekking tot microbiologische en klinische uitkomsten. Om een uitspraak te kunnen doen over deze resultaten bij een ongeselecteerde populatie in de eerste lijn lijkt verder onderzoek met een eerstekeuzeantibioticum aangewezen.

Antibiotica ter preventie van meningokokkenziekte?

Chevalier P.

Minerva 2005 Vol 4 nummer 2 pagina 21 - 23


Deze meta-analyse levert op basis van retrospectieve cohortstudies slechts een zeer zwak bewijs voor het beschermende effect van profylactisch behandelen met antibiotica van contacten in het huisgezin van een patiënt met meningokokkenziekte. Uit deze meta-analyse kunnen geen conclusies worden getrokken over de keuze van het antibioticum.

Cefalosporines versus penicilline bij kinderen met een streptokokkenkeel

De Meyere M.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 8 pagina 133 - 135


Deze meta-analyse komt tot het besluit dat voor kinderen met een streptokokkentonsillofaryngitis cefalosporines bacteriologisch én klinisch beter scoren dan penicilline-V. Na kritische analyse waarbij de resultaten van dubbelblinde studies de doorslag geven, blijkt het bacteriologische effect gehandhaafd. Maar er is geen klinische meerwaarde van de cefalosporines. De besluiten van deze studie veranderen niets aan de aanbeveling ‘Acute keelpijn’. Indien men beslist om een antibioticum te geven, blijft penicillineV een eerste keus.

Penicilline voor acute keelpijn bij kinderen?

De Meyere M.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 8 pagina 131 - 133


Deze studie komt tot het besluit dat bij kinderen met acute keelpijn en minstens twee Centor-criteria, penicilline geen effect heeft op de duur van de symptomen, het gebruik van analgetica, schoolverlet of recidieven. Ook is er geen verschil in klinisch effect tussen een penicillinekuur van drie of zeven dagen. De besluiten van de Belgische aanbeveling blijven dus geldig. In de regel wordt geen antibioticum voorgeschreven bij acute keelpijn: enkel bij zeer zieke patiënten of patiënten met een risico. Indien penicilline geïndiceerd is, is een kuur van zeven dagen aan te bevelen.

Asymptomatische bacteriële vaginose in de zwangerschap

Temmerman M. , Verstraelen H.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 6 pagina 96 - 97


Deze studie toont aan dat een kortstondige orale behandeling met clindamycine de kans op een laattijdige miskraam of een vroeggeboorte reduceert bij zwangere vrouwen bij wie, op basis van een eenvoudige screeningstest, in de vroege zwangerschap een verstoorde vaginale flora en bacteriële vaginose wordt vastgesteld. De bevindingen van deze studie moeten worden bevestigd in grotere multicenter studies, alvorens men een ‘screen-and-treat’-houding kan implementeren in de prenatale zorg.

Leidt empirische behandeling van cystitis tot overbehandeling?

Christiaens T. , De Backer D.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 5 pagina 79 - 81


De bevindingen van deze studie hoeven voorlopig niets te veranderen aan het aanbevolen diagnostisch beleid in de Belgische richtlijn: ze bevestigen eerder de voorgestelde beslisboom. In deze beslisboom gebruikt men de combinatie van symptomen met de nitriettest, al dan niet met een test voor pyurie, om de diagnose van ongecompliceerde urineweginfectie te stellen.

Lokale behandeling van otitis externa

Chevalier P.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 5 pagina 83 - 84


Deze studie toont aan dat in de behandeling van acute otitis externa bij een volwassene oordruppels die een associatie van een corticosteroïd met azijnzuur of een corticosteroïd met een antibioticum bevatten, werkzamer zijn dan oordruppels met alleen azijnzuur. De plaats van deze combinatiebehandelingen vergeleken met de eerstekeusbehandeling, namelijk corticosteroïd of aluminiumacetotartraat in monotherapie, is nog niet duidelijk.

Diagnostiek van pneumonie

Coenen S.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 1 pagina 7 - 8


Uit deze studie blijkt dat het mogelijk is een pneumonie uit te sluiten bij patiënten met acute hoest en een laag risico van een (lage) luchtweginfectie (namelijk maximaal één van de drie criteria droge hoest, diarree of rectale temperatuur >=38°C ) en een CRP-waarde <20 mg/l.

Preventie van OMA bij risicokinderen met een bovenste luchtweginfectie

Chevalier P.

Minerva 2003 Vol 2 nummer 5 pagina 76 - 77


In deze studie met kinderen met een risico van OMA bij een acute infectie van de luchtwegen, is amoxiclavulaanzuur ter preventie van OMA niet effectief. In het algemeen is het voorschrijven van een antibioticum ter preventie van OMA bij kinderen niet gerechtvaardigd.

Azithromycine en acute bronchitis

Coenen S.

Minerva 2003 Vol 2 nummer 3 pagina 45 - 46


Op basis van de beschikbare evidentie komen we hier tot dezelfde conclusie als in de aanbeveling voor acute hoest: bij luchtweginfecties met acute (productieve) hoest, exclusief pneumonie, wegen de mogelijke voordelen van antibiotica niet op tegen de nadelen.

Eradicatie van helicobacter vóór NSAID-gebruik

Ferrant L.

Minerva 2002 Vol 1 nummer 9 pagina 29 - 30


Bij elke patiënt met een verleden van ulcuslijden of met een matige dyspepsie moet bij het toedienen van NSAID‘s een balans worden opgemaakt van de risico’s op ulcuslijden die deze patiënt vertoont. Een factor die dat risico gevoelig doet stijgen, is de aanwezigheid van Helicobacter pylori in de maag. Het eradiceren ervan vermijdt echter niet alle ulcera.Men kan bijgevolg nog niet spreken van een consensus om een eradicatie uit te voeren bij alle NSAID-gebruikers,wel van een therapeutische mogelijkheid die door verder onderzoek moet worden bevestigd. Daarom is het aan te bevelen om bij álle artrosepatiënten (en niet alleen bij artrosepatiënten met verhoogd risico op een ulcus) eerst behandeling met paracetamol en oefentherapie toe te passen alvorens NSAID’s voor te schrijven.

Uitgesteld antibioticumvoorschrift bij acute otitis media

Chevalier P.

Minerva 2002 Vol 31 nummer 4 pagina 206 - 208


Het uitgesteld antibioticumvoorschrift heeft geen klinisch relevante invloed op de evolutie van acute otitis media bij kinderen. Deze strategie kan mogelijk het rationeel gebruik van antibiotica bevorderen.

Heeft antibiotische profylaxe zin na een tekenbeet?

van Driel M.

Minerva 2002 Vol 31 nummer 4 pagina 213 - 214


Er is onvoldoende onderbouwing voor een profylactische behandeling met doxycycline bij personen die door (Europese) teken gebeten zijn. Erythema migrans manifesteert zich bij slechts een gering percentage van de gebeten personen en is gemakkelijk te herkennen en te behandelen. In geval van een tekenbeet is het belangrijk om de patiënt gerust te stellen en deze te informeren over de klinische tekenen van erythema migrans. Een manifest erythema migrans kan adequaat behandeld worden met doxycycline 200 mg/dag of amoxicilline 2 g/dag gedurende 14 dagen.

Zijn antibiotica werkzaam bij een urethraal syndroom?

Christiaens T.

Minerva 2001 Vol 30 nummer 6 pagina 277 - 278


Concluderend kan men stellen dat dit onderzoek zeker niet het einde van de controverse zal uitmaken, maar dat het toch een argument meer geeft om niet fetisjistisch vast te houden aan het KASS-criterium (100.000 kiemen/ml). Ook voor de auteurs een reden te meer om geen kweek aan te vragen bij vermoeden van ongecompliceerde cystitis.

Editoriaal: Einde van een antibioticumtijdperk?

De Meyere M.

Minerva 2000 Vol 29 nummer 8 pagina 360 - 361

Antibiotica voor otitis media bij kinderen onder de twee jaar?

De Sutter A.

Minerva 2000 Vol 29 nummer 8 pagina 373 - 375


Deze studie toont dat er van behandeling met antibiotica voor acute otitis media bij kinderen tussen zes maanden en twee jaar oud slechts een kleine winst te verwachten is: meer kinderen klachtenvrij op dag vier, één dag minder koorts en minder gebruik van analgetica. Een meta-analyse vindt geen verschil in het aanhouden van symptomen na zeven dagen behandeling. Het is daarom belangrijk om andere aspecten in overweging te nemen alvorens antibiotica voor te schrijven bij deze groep jonge kinderen: bijwerkingen, kosten en induceren van bacteriële resistentie.

Zeven dagen versus drie dagen penicilline voor acute keelpijn

De Meyere M.

Minerva 2000 Vol 29 nummer 5 pagina 230 - 232


Dit is de eerste studie die een toediening van zeven dagen penicilline onderbouwt, in geval men antibiotica voorschrijft bij acute keelpijn. Fundamenteel blijft het beleid van de WVVH-Aanbeveling ongewijzigd. Antibiotica zijn in de regel niet geïnduceerd bij acute keelpijn. Penicilline is enkel aangewezen bij risicopatiënten en/of bij patiënten die na informatie en inspraakmogelijkheid opteren om toch antibiotica te nemen.

Antibiotica bij bovenste luchtweginfecties

De Meyere M.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 4 pagina 168 - 170


Acute infecties van de bovenste luchtwegen kunnen als zelflimiterende aandoeningen worden aanzien en dienen in de regel symptomatisch te worden behandeld. Verdere studie dient aan te tonen in welke indicaties antibiotica wel nuttig zijn.

Editoriaal: Numbers needed not to treat

De Meyere M.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 4 pagina 166 - 167

Antibiotica voor acute hoest bij volwassenen?

Coenen S.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 4 pagina 174 - 176


Baat het niet, schaadt dan niet! Bij volwassen patiënten met acute hoest, al dan niet met purulente sputa, dienen huisartsen een therapeutisch beleid zonder antibiotica voorop te stellen, aangezien er geen belangrijke voordelen, maar wel nadelen zijn te verwachten van antibioticabehandeling. Voor de individuele patiënt zijn er vooral de neveneffecten, maar zijn er ook de kostprijs, de toename van resistentie en het creëren van een verwachtingspatroon "hoesten-vereist-antibiotica". Deze gegevens vormen dan de basis voor het overleg met de patiënt.

Amoxicilline en foliumzuurinhibitoren bij acute sinusitis?

De Sutter A.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 4 pagina 171 - 173


Steunend op de relevante studies betreffende sinusitis in de huisartsenpraktijk, hebben we onvoldoende argumenten om te starten met antibiotica: men kan een afwachtende houding aannemen. In dat geval volgt men het best de nhg-Standaard die aanbeveelt om eerst gedurende vijf dagen symptomatische therapie te proberen alvorens antibiotica voor te schrijven 7. Er dient nog onderzoek te gebeuren naar indicaties om antibiotica te starten vóór die vijf dagen en/of om te weten wanneer ook ná vijf dagen symptomatische therapie antibiotica niet zinvol zijn. Indien men start met antibiotica is amoxicilline een eerste keuze-preparaat. Dit kan niet worden gezegd van co-trimoxazole wegens zijn soms ernstige nevenwerkingen.

Acute otitis media: effectiviteit van een korte antibioticakuur

De Melker R.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 2 pagina 89 - 92


Bij acute otitis media heeft behandeling met een vijfdaagse antibiotica- kuur wellicht voordelen boven een kuur van zeven dagen of langer. Totdat meer gegevens bekend zijn is het aan te bevelen om het beleid van de nhg-standaard te volgen: beperk het gebruik van antibiotica tot risicogroepen, kinderen jonger dan 6 maanden, patiënten met een abnormaal beloop en jonge kinderen die geen verbetering vertonen na 24 uur.

Beleid bij helicobacter pylori: de stand van zaken

Numans M.E.

Minerva 1999 Vol 28 nummer 2 pagina 86 - 88


Eradicatie van H. pylori is enkel aangewezen bij een aangetoond peptisch ulcus bij een geïnfecteerde patiënt. Indien bij endoscopie geen ulcus wordt aangetoond, is het verder opsporen en/of behandelen van H. pylori volgens de huidige inzichten omstreden.

Acute otitis media: antibiotica of niet?

Degryse J.

Minerva 1998 Vol 27 nummer 2 pagina 276 - 278


Een "watchfull waiting"-strategie, zoals wordt aanbevolen in de Nederlandse nhg-standaard, lijkt vooralsnog het meest verdedigbare beleid bij de behandeling van acute otitis media bij kinderen. Wordt ongetwijfeld vervolgd.